J
LM
MEETKUNDE
(incl f 0.63 rente) per obl. bij de Incasso-bank,
's-Gravenhage)'.3
Eind 1942 moesten Den Haag en Schevenin-
gen worden ontruimd, wat voor Servire (niet
collaborerend) verhuizen naar een beperkte
ruimte betekende én onderbrengen van voor
raden bij het Centraal Boekhuis. Na eerst een
nog ander Haags adres verhuisde men naar de
Nassaukade in Rijswijk.4
Thematische afdelingen
Het eerste deeltje in 1942, 'Inleiding tot de
studie der geneeskunde' van het KNAW-lid
prof.dr. Gerard Abraham van Rijnberk, was al
prestigieus en werd reeds herdrukt in 1944 en
1946. Tot 1946 werden de deeltjes dóórlopend
genummerd (1 t/m 57), daarna werd een num
mering per thematische afdeling (A-D) door
gevoerd. Onder C, Technische en Toegepaste
wetenschappen, is Geodesie dan weer nummer
5 (van de 15). De afdelingen werden geredi
geerd, en de delen geschreven, door vooraan
staande vertegenwoordigers van elk vakge
bied, meestal aan Nederlandse universiteiten
werkzame hoogleraren. De inhoud is in de re
gel van hoge kwaliteit. Redacteur van C5 Geo
desie was ook niemand minder dan prof. J.M.
Tienstra van de TH. Zijn twee auteurs waren
uit zijn directe omgeving. C5-1 Landmeet
kunde van A. J.H. Meertens, civiel landmeter,
verscheen in 1949 en C5-2 Fotogrammetrie
van ir. A. J. van der Weele in 1951.5 In het eer
ste Lustrumboek 1940-1950 van het Land
meetkundig Gezelschap 'Snellius' schreven zij
ook precies twee bijdragen pal na elkaar.
C5-1: Landmeetkunde
Meertens was van 1925-1959 door het Kadas
ter gedetacheerd bij de RD in Delft, eerst als
landmeter en na de oorlog - dus ook in 1949 -
als bureauhoofd. Zijn Servire-boekje kwam in
1969 nog aan de orde in het In Memoriam van
deze vrijgezel door G J. Bruins. Het bewees
'hoezeer Meertens thuis was in de geodesie en
hoe hij moeilijke problemen kort en duidelijk
wist te formuleren'.6 Zoiets werd niet slechts
als 'niets dan goeds" na zijn dood vermeld. In
1940 verscheen de 5e druk van P. Wijdenes'
Leerboek der gonio- en trigoniometrie, waarin
volgens recensent R.R. 'onbeholpen paragra
fen over toegepaste driehoeksmeting' waren
vervangen door een uitstekend hoofdstuk van
Meertens.7
4.
H. Meertens
Servii
s Encyclopaedic
Meertens eigen (hand)boekje biedt na een in
leiding van alles over landmeetkunde en carto
grafie (in 1949 al 'kartografie') in de Oudheid,
landmeetkunde van de late Middeleeuwen tot
heden, driehoeksmeting en 'Metingen van la
gere orde'. Al mankeert de Hollandse cirkel,
graadmetingen in Engeland en Duitsland ko
men aan bod. De eerste Duitse graadmeting
begon in 1802 met het meten van een basis van
circa 6000 m. Voor het markeren van de beide
eindpunten had de Groothertog van Weimar
twee oude kanonnen ter beschikking gesteld.
vV
clvirJ
Imeter
Stofomslag deel C5-1, ook goed voor diploma
geodetisch ingenieur (foto 's Adti den Boer)
3 Amsterdamsch Effectenblad, 21-9-1942
4 Adriaan Venema, Schrijvers, uitgevers en hun collaboratie, dl. 4, Uitgevers en boekhandelaren, Amsterdam 1992, p. 299 en 418
5 Beide bevinden zich in de DHC-bibliotheek, maar waren ook via internetsnel antiquarisch te koop.
6 Tijdschrift voor K&L 1969, p. 307 e.v.
7 Tijdschrift voor K&L 1940, p. 257 e.v.
55