Atlas der Stadslanden van Groningen (2) In de eerste aflevering werden de atlaskaarten beschreven en werd ook de doelstelling ver woord om "voortaen met gelegentheit sal doen moeken pertinente caerten van alle der Stadts landen" om "niet verduistert te weerden". Maar ook werd de tweede doelstelling vermeld om de oppervlaktes van alle percelen te bepa len, teneinde een meer betrouwbare pachtsom te kunnen innen. In deze bijdrage zal de wijze van berekening van één perceel en één bedrijf in beschouwing worden genomen. Daarbij vol le aandacht aan in "soodane maate dis vigile rend ter plaatse... in jukken, grasen en deimat- ten en eveneens hoe de uitkomsten van de oppervlakteberekeningen in de lijstjes van de cartouches van de kaarten werden vermeld. In deze bijdrage worden veelal de jaren 1729 en 1832 vermeld als de jaren van vervaardiging van kaarten of de berekening van oppervlak tes. Het zal duidelijk zijn dat meestal deze werkzaamheden werden uitgevoerd tijdens de jaren die voorafgingen aan de overdracht van de atlas in 1729 en het in gebruik nemen van het Kadaster in 1832. Als eerste paragraafje nu hoe de oppervlaktes in de lijstjes van ge noemde cartouches werden vermeld. Lijstjes van uitkomsten van oppervlakte berekening in dempten, grasen en/of jukken en een verklaring en beschrijving van een voorbeeld Een voorwaarde in de overeenkomst was dat "de meetinge zal worden gedaan in soodane maate als vigilerend ter plaatse", dus in juk ken, grasen en deimatten. Van de landmeter Folckers werd dus verwacht dat hij de uitkom sten van de oppervlakteberekeningen van de percelen in de lokale dorpsmaten als deimp- ten, grasen en/of jukken zou weergeven. Folckers heeft zeer loyaal aan deze overeen komst voldaan en op elke kaart consequent per perceel de oppervlakte in lokale dorpsmaten vermeld in de bijbehorende lijstjes van de car touches. De door Folckers in deze lijstjes ge bruikte oppervlaktematen kunnen aldus wor den beschreven: 'Een gras, een deimpt of juk is in feite een lokale benaming voor een op pervlakte die een man in een dag kan maaien of die een koe in een bepaalde periode kan afgrazen; Deze lokale dorpsmaten zijn in het algemeen gebruikt in de lijstjes van opper vlaktes van de atlaskaarten en evenzo in het lijstje van oppervlaktes in dorpsmaten en res ten van roeden van de kladtekening, met als voorbeeld die van Kaart nummer 55 van de boerderij 't Reijdtlandt. Van de huiskavel van deze boerderij is hierbij een kadastraal 'Hisgiskaartje' afgedrukt met in de kadastrale percelen de corresponderende letters van de percelen die op de kaart van 1729 en het bij behorende lijstje van de kaart van 1729 werden vermeld. Hierdoor is ondubbelzinnig de relatie tussen de percelen van de atlaskaart van 1729 en de percelen van het hierbij afgedrukte fragment van de kadastrale kaart van 1832 vastgelegd. De eerder genoemde deimpten, grasen of juk ken verschilden derhalve veelal regionaal in oppervlakte. Uit de resultaten van de oppervlaktebereke- 136 Henk Holsbrink De met letters aangegeven percelen van de huiskavel van 't Reijdtlant (Hisgis)

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2014 | | pagina 10