Minards kaart van Napoleons Russische veldtocht
als inspiratie
met studenten, lectoren en het bedrijfsleven (en
viel de naam SAGEO niet). Een andere senior
voerde een pleidooi voor 'echte ingenieurs'.
Overigens moet de hoofdfase nog ontwikkeld
worden! Elke student krijgt door de combinatie
van zijn keuzes een eigen unieke profilering,
waarmee hij zich onderscheidt van andere af
gestudeerden. 'Op een mooie toekomst, de stad
kan niet zonder u', zo was de afsluitende Ne
derlandse leus.
Twee maal Hiddo Velsink
Hiddo Velsink hield als laatste wel twee voor
drachten; één over waarnemingsrekening en
één over zijn promotie-onderzoek Deformatie
meting. De spreker gaf tot 2001 het vak Waar
nemingsrekening en zijn dictaat wordt nog
steeds door de huidige docente gebruikt! Bij de
geschiedenis ervan kwam een titelpagina van
een boek van de Duitser Helmert op een sheet,
maar Joop Gravesteijn had liever iets van de
Nederlander Jacob de Gelder gezien! Overi
gens kwam er allicht nog meer aandacht voor
Tienstra (met postuum boek over 1e-5e stan
daardvraagstuk), Baarda en Teunissen. Wat nu
meer heet de (Geo) Data Analytics heeft nog
steeds de Delftse School van voor 1985 als
uitgangspunt. Wel zijn er nieuwe vector- en
rasterbeschrijvingen van oppervlakten en
lichamen. Velsink memoreerde nog open
staande problemen als het modelleren van
periodieke verschijnselen en koppeling aan
geofysische modellen. Ook de termen Big Data
en Delauneytriangulatie vielen natuurlijk.
Hamvraag leek hoe het in de praktijk is met
standaardafwijkingen, grenswaarden, toleran
ties en vereffeningsmodellen buiten Move3.
Bij de duiding van zijn promotie-onderzoek
gaf Velsink ook zijn persoonlijke vakgeschie
denis weer van zijn voorganger Meerdink tot
de cultuur van 'clusteren van clustermanagers'
bij de HU. Hij hoopt in 2016 bij prof. Ramon
Hanssen in Delft te promoveren op een norme
ringsmodel voor deformatiemetingen van bo
dem, kunstwerken en gebouwen. Velsink persi
steerde bij wat hij op GeoBuzz 2014 in de
sessie Maps4Society al zei: alleen bij het
Staatstoezicht op de Mijnen is het goed ge
regeld. Tot slot zij graag verwezen naar zijn
eigen komende publicaties!
Prof.dr. Menno-Jan Kraak
Kaarten zijn niet alleen zeer efficient als een
vorm van visuele samenvatting van onze om
geving, kaarten vertellen ook verhalen. Deze
laatste eigenschap komt met name goed tot z'n
recht als de ruimtelijke gegevens die afgebeeld
worden een duidelijke temporele component
bezitten. Het verhaal kan verteld worden met
behulp van een enkele kaart, of door een serie
kaarten waarbij iedere kaart een deel van het
verhaal op zich neemt. Maar vandaag de dag
kan het ook via animaties of via een inter
actieve omgeving waarbij deze drie vormen
samenkomen, en naast kaarten ook andere uit
drukkingsvormen, zoals foto's, diagrammen en
audio-visuele beelden worden gebruikt. In deze
laatste situatie praat men in de literatuur over
'story maps' of 'narrative maps' (Caquard,
2013 Caquard Cartwright, 2014). Deze
laatste vorm laat toe dat, in tegenstelling tot de
enkele kaart, de gebruiker zelf de mogelijkheid
heeft de weg door het verhaal te bepalen. Toch
is het voor de kartograaf de grootste uitdaging
het verhaal in een enkel beeld samen te vatten.
Dit wordt lastiger naarmate er meer gegevens
133