Varia: Suriname op de kaart' In DHC 2011-4 is in een Varia de webstek www.knag-expedities.nl geciteerd over Suri name en landmeten. Ook tijdens de Tris-reis 2012 waren er acht dagen uitgetrokken voor een 'expeditie' naar het zuiden van Suriname (Tris=Troepenmacht In Suriname). Daar, langs de Palumeurivier, waar de inheemsen nog steeds wonen en bezig zijn met 'hun' dingen op 'hun' manier. Het Kasikasima-massief heeft een opvallende vorm, die met zijn steile gra nietwanden op iedereen een verpletterende in druk maakt. De inheemsen beschouwen de Kasikasima, of 'de Heerser' als een heilige plek in de jungle. Een plek waar je ontzag voor moet hebben en die dus eigenlijk niet geschikt is als een toeristische attractie. Voor mij per soonlijk was de beklimming van een van de Kasikasima-toppen een letterlijk en figuurlijk hoogtepunt van de vakantie. Ik heb, voor mijn dienstplicht bij de Tris, een brede landmeet kundige opleiding gevolgd en daardoor had deze reis ook iets van een pelgrimage in de voetsporen van de landmeters die in 1904 als eerste Nederlanders de Kasikasima beklom men. In het boek 'In kaart gebracht met kap mes en kompas' uit 2003 is nauwkeurig te le zen hoe en waarom dit noodzakelijk was en hoe tijdens dergelijke expedities de onverwach te moeilijkheden werden aangepakt.2 Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) In het begin van de vorige eeuw werden door het KNAG, in samenwerking met diverse maatschappelijke instellingen en met subsidie van de Nederlandse Regering, maar liefst ze ven grote wetenschappelijke verkenningen van het Surinaamse binnenland uitgevoerd. De re- den daarvan was dat slechts een derde van de kolonie geëxploiteerd werd, en daarvan was een gedeelte 'gebrekkig' in kaart gebracht. Het merendeel van het aanwezige kaartmateriaal had de infrastructuur als onderwerp; nodig voor de verbetering van wegen en de afwate ring van plantages. De oppervlakte van de ko lonie Suriname was totaal onbekend, omdat men er geen idee van had waar de grote rivie ren hun bronnen hadden. Men kon slechts gis sen naar de uitgestrektheid van het bergland, het brongebied en de loop van de grote rivieren die in de Atlantische Oceaan uitmondden. Voor het maken van een betrouwbare kaart van het binnenland was het meten van een landmeetkundig driehoeksnet noodzakelijk. Om een zo groot mogelijk gebied te bestrijken werden, waar mogelijk, bergtoppen beklom men om zo, over het oerwoud heen, het bin nenland te verkennen en in kaart te brengen. De grote rivieren van Suriname waren de eni ge 'wegen' om alle doelstellingen te bereiken. Tapanahony Pas na de expedities naar de bovenlopen van de Coppename, de Saramacca, de Surinameri- vier en de Goninie is de rivier Tapanahony in 1904 aan de orde. Deze tocht start in Albina wanneer de Goninie-expeditie nog maar nau welijks is afgerond. Als start- en eindpunt wordt Drietabbetje, een groot Djukadorp vlak voor de Granholo soela, gekozen. Hier bevond zich ook de residentie van de Granman. Als topograaf en expeditieleider treedt A. Franssen Herderschee3 op. C.H. de Goeje (2e topograaf en etnograaf) en de medicus C.M. Versteeg (zoölogie en botanica) vergezellen hem. W.J.F. Copijn wordt aangenomen om toezicht te hou- 33 In 2013 uitgebreider gepubliceerd in Tris-kontakten 2 Boek is door H.C. Pouls besproken in DHC 2005-1. 3 Topograaf Alfons Franssen Herderschee (1872-1932) was een man met de nodige ervaring. Hij diende in het KNIL en maakte deel uit van de strafexpeditie naar Lombok (1894) en nam daarna nog actief deel aan het neerslaan van verzetshaarden in Atjeh. Hij ontving daarvoor het erekruis van de Militaire Willemsorde met de eresabel uit handen van Gouverneur J.B. van Heutsz. Aan het begin van de twintigste eeuw werd hij ingedeeld bij de Topografische Dienst in Batavia. Zitvlees had hij niet, want al spoedig vertrok hij als expeditieleider naar Suriname.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2016 | | pagina 35