genen, die verantwoordelijk worden voor het
programma aan de MTS zich het funeste effect
van een dergelijke opgeschroefde middelbare
opleiding terdege bewust zijn. Men zou dan
n.l. op een andere wijze het verschil tussen de
geodetisch ingenieur en de middelbare land
meetkundige te klein maken. Dan zou deze
verkleining van afstand niet in de beroepsuit
oefening door onjuiste taakstelling van de geo
detische ingenieur plaatsvinden, doch in de
opleiding. Dat zou kunnen leiden tot versto
ring van het evenwicht door beperking van het
aantal middelbare krachten voornamelijk tot
hen die in en rondom Utrecht wonen en voor
wie Delft te duur is." Prof.dr.ir. W. Schermer
hom, oud-adviseur in Landmeetkundige Zaken
betr. de Rijkswaterstaat, "De middelbare land
meetkundige als voorwaarde voor het bestaan
van de geodetisch ingenieur', in: lustrumboek
Landmeetkundig Gezelschap Snellius 1950
1955, Delft 1955
(Redactie DHC)
...en hier een aanvulling
'De maatschappelijke positie van de geodeet
werd pas echt beter toen een gedeelte van zijn
taak overgenomen kon worden door HTS-ers
en hij meer van zijn (groter?) kunnen overtuigd
raakte. Of hier sprake is van grotere speciali
satie en werkterreinverbreding dan wel een
bewijs van Parkinson's wet zou een punt van
diskussie kunnen zijn.'
(Jan Martens in: lustrumboek Landmeetkun
dig Gezelschap Snellius 1965-1970, Delft
1970, p. 161)
Vakhistorie in Geo-Info 2016-4
Henri Aalders was één van de twee hooglera
ren, die in nummer 4 van Geo-Info een reactie
op het onderwijsartikel uit nummer 3 gaven.
Voor zover het de opleidingen in Duitsland
betreft liet daarin hij prof.dr. Reiner Rummel
aan het woord met wat hij daarover zei in het
interview, dat Aalders samen met Herman
Quee mocht hebben voor het DHC-project
'Meesters van Weleer'(Samengevat: Rummel
vindt het ook een wonderlijke ontwikkeling dat
in Duitsland de erosie in de geodesie nauwe
lijks te zien is.)
Nummer 4 heeft verder een bijdrage van Adri
den Boer 'Vernoemde landmeter in archief-
wereld' over A.F. van Beurden (1857-1934).
Deze man werd in 1881 landmeter te Roer
mond en in 1920 bewaarder der hypotheken te
Amersfoort. Sinds 1953 kent het dorp De Rips
(NB) in de Jodenpeel een Landmeter Van
Beurdenweg. Wel vanwege zijn historische
Peel-publicaties, aldus Geodesia 2001-1 zonder
de foutenmarge in zijn schrijven te kennen.
(Ad van der Meer, Landmeter, waar is uw
straat?) In het Nederlandsch Archievenblad
van 1994 heette hij 'landmeter, tevens verza
melaar en zelfs vervalser van archiefstukken'.
Intrigerend!
In dit num
mer prijkte
van Adri den
Boer ook het
nieuwe
geschied
verhaal
'Vakidiotie
en tatoeages'.
Op internet
vond hij tal
van sextan
ten als tatoe
age, ook bij
vrouwen, en
alleen bij
mannen
landmeet
kundige in
strumenten.
115
Straatnaambordje met huidige Brabantse
landmeter Leo van Beurden (foto van hem)
(Redactie Mannelijke vaktatoeage
DHC) www. hallowedpointtattoo. com