Randfiguren (14)
Caert-Thresoor 2016-3
Amsterdammer Johannes
Janssonius drukte in 1650 een
westgerichte kaart van de
omgeving van het Franse Lyon,
getiteld "Lionnois, Forest,
Beauiolois et Masconnois".
Linksonder prijkte deze
cartouche met randfiguren en
meetgereedschappen. Niet de
aardse landmeter, maar een
symbolisch cherubijntje hanteert
een meetketting. Een landmeterspasser lijkt dus voor deze kaartopname niet te zijn gebruikt.
De beroemdheden Sems en Dou waren intussen wel de bedenkers van 'het gebruik van een
instrument, dat met den naam van veldpasser aangeduid zou kunnen worden'. (Citaat van rector-
magnificus J.W Dieperink uit 'De techniek van het landmeten in een tweetal tijdperken der
geschiedenis: Rede, uitgesproken op den 9den maart 1928, ter gelegenheid van den tienden
verjaardag der Landbouwhoogeschool', p. 13 en uit Tiende Jaarboek der LH Wageningen, p. 19!)
Passers zie je wel veel in cartouches. Vaak lijkt de grootte van de passer dan onbekend, soms is
het ook wel duidelijk een kaartpasser, maar weet iemand een randfiguur met zo'n manshoge
landmeters- of veldpasser? Die wordt dan nummer 15 in deze reeks!
Adri den Boer
Uitgave 2016-3 van het tijdschrift Caert-Thresoor bevat onder meer de volgende bijdragen:
Oude Amsterdamse kaarten heruitgegeven in Augsburg, door Josph Carmine;
Voltooiing, herziening en nadagen van de Kraijenhoffkaart, door Frans Scholten;
Verloren gegaan en weer teruggevonden Het Nieuw Groot Zeekaart Boek van Hendrick
Doncker II (Amsterdam 1714), door Jason Hubbard en Frederik Muller.
Verder wordt de rubriek Kaartencollecties in Nederland voortgezet met die van
Universiteitsbibliotheek Nijmegen.
Algemene informatie: www.caert.thresoor.nl. De redactie plaatst de inmiddels verschenen
afleveringen met een vertraging van 3 jaar op de eigen website.
NB. Het nummer bevat ook een bespreking door René Haubourdin van het boek Aan de slag
in de kadastrale archieven uit 2014. Een citaat: 'Een kadastraal raadsel wordt in dit boek
niet opgelost: de verschillende registers die zijn genummerd als Hypothekenregisters 2, 3, 4,
5, 50-51, 71, 73, 75 en 84 (legger). Welke betekenis deze registernummers hebben en
waarom deze zo zijn genummerd met hiaten blijft onduidelijk. Een logische verklaring geeft
het boek niet, wellicht is dat nog bekend bij senior-landmeters van het Kadaster?'
175