(Bovendien, om de langere afstanden te meten is
een keten van ijzerdraad van vijf roeden nodig.
De staven en ringen van de ketting worden
samengesteld, zoals hier getoond [zie afbeelding
2]. De stangen in het midden tussen de twee rin
gen zijn precies een voet, en ter duidelijke onder
scheiding van de tiende of twaalfde, of elk van
de lengtes van de roeden, een grotere ring, zoals
in het schema ring B laat zien, worden samen
gesteld
Metius gaf er kennelijk geen voorkeur aan dat
de meetketting decimaal verdeeld was. Ook
latere Nederlandstalige werken uit de zeven
tiende en achttiende eeuw, zoals die van Van
Nispen en Morgenster, bevatten secties over de
meetketting.30
Uit bovenstaande lijkt het dat in Nederland, en
in de ons omringende landen, de meetketting
voor het eerst in het laatste kwart van de zes
tiende eeuw in de literatuur opgenomen werd.
Tot nog toe heb ik alleen in de Engelstalige
literatuur bewijs kunnen vinden dat voor die
tijd met het koord gemeten werd. De afwezig
heid van oudere werken met betrekking tot de
meetketting wil echter niet zeggen dat de
meetketting niet gebruikt werd in de ons om
ringende landen. Boeken (of verhandelingen)
over landmeten uit de vijftiende en zestiende
eeuw zijn zeldzaam en hoeven bovendien niet
altijd een accuraat beeld te geven van het in
strumentarium uit die periode, aangezien in
die tijd over het algemeen de teksten letterlijk
gekopieerd werden (zeker bij herdrukken), en
dus niet altijd bijgewerkt waren naar de laatste
stand van zaken.
Volgen we de verspreiding van de meetketting
in de literatuur, zoals die nu bij mij bekend is
(zie tabel 1), dan is deze voor het eerst in
Frankrijk vermeld (1575), gevolgd door Duits
land (1579), Engeland (1582) en Nederland
(1588). Zoals we hebben gezien is de oudste
geschreven bron echter Nederlands (1442) en
mogen we vooralsnog, om in Pouls' woorden
te spreken, "...redelijkerwijs aannemen dat de
meetketting een Nederlandse vinding is."31 Het
is echter maar de vraag of in 1442 alleen door
Claas Janszoon (of zelfs alleen in Nederland)
met de meetketting gemeten werd en of dit tot
bovengenoemde publicaties ook niet elders ge
beurde. Het zoeken blijft dus naar andere bron
nen over de meetketting uit deze periode.
quaque ad perticae longitudinem maiore annulo,
qualem in schemate annulus B refert, colligan-
tur...29
fSA&r. *ass
öi-Jduhrti SÉMiüJiMuti*tn-prdtin cnfll «qirn-
h> 13c d.'Jb-.niLmS' ^rada -rficuni. ^rl duorfecinu.
■qli3Kq*ji |K^:irs Jn^jjirndirjim ufujöJV -haulm
c in iditüiM- if-jniluv S71fi.tr, ro JI m JJM Li/
iinuti»quc ±r.,nnLiiïiï|i>iiT,
quKfc-iïiijjiiAi 1/ f ïl:ilRrt-,4^.CDirinMdö m*n fl Cï-
racti.fC' 'JlljL Kiiitt.-jiiEja illi-, j nnuJi^uzpuce >J ■'»-
E-?I-"*riw"ve arcnir ntiiiïiiod ln,LÜi ür nm 1 pedum
'.'jczï^rojjlnr^j, -hi:i|i: He-T£i|jirjc: -ft Ji£n;ifuin :t
yt Lk >.lb LiTd'xi; cxicnliiü'.su m lulli irrirrJurj rac-
icciici iTiiri (jurinrpl: fcrritu lifiy Jé 4ii&iDCKa->
Qd firmed Hier*:. Hu^liu-.irtj jwJIjisi.^iLacmiCil-
JïndicJs rnenfat loir.fcmm uftim tuinlui. cjuHi-»
de i=jii=n Inrt.irn inr^riti:i ;m me iiür u-Jam nq-
pP-DLILir: I.'CJlÜ JJ rür.ii f 4b A li .'ijl IC bJ p- II n:iZliim
if,
C
bICcï. Hn*iiK3ift Si- ]MtK in tadïflfi A 'S r^yM-
■dIr* ifcx-ranij Lire e-aihriüm, Li7B irwr, l-:L alufd
hju JcK [f cnjilplidlir^tBhc inlcr A fli JTfi^nu mfod
p:CJHZ>diLQlnirt eri[J«ldLi.qi év if, 11..* n-nllfu-:: Jifc
A n ft&tdp inripüij! (~7f prore-ienT&d BcEratDUifl
tiTfjie Ihrtieeïitafa IhwhIiIv tuitje rpicra nnno
'♦vnérhjLdfaos bumi ikn^rtjCOjMEidïniiijAer fqui
ïlim LTiVs'^^.nitDCu pi er"i Hererir Ktamo crvulbrn
infrrL- fic firtgirrta t i||i; NiLPrrq ?j Ici-
uiluluti F men&r iLr-.ciïi-.wrjnc mmsrnii bi-nj-
IuLUed, üb adciiniJlcc- irvul Lcnyll-uilnrm
TjiH± A*£- J1111 li I b 1111 i r^l 131 if1-d etiilrt f
fiLêc sa, Jr-fesem r'spcrriuarjm i jqrcï'. innc- 5i
4;intnmlir»[OTd "^lignum cïï Ciirni sjcuSr
lira fo pu,. pet ilrftn'Ocdr.m ill.iJ ml'-fatma m;1 irj
Ihpït-- r«ibi genu, pT'trc t knc'xlm- Éi.!P±i*nc 3 "lc-
Crrfipnlr, J pj,-* :lijJLi:ildi: l.'IIL^ilfrij LiilCrlj ft'jff
ctic 44. peic, fedj4dijiL
j. De jnlfdcKUTn tqcnLiiti tacnö la,
Aiqae iiïecife nwiiih ri qiiat in. l/nrix-i frpnfi-
-cirCaui tnpc3h1111JI-H Jjd libkltUC, 3c IxEf tiPrpü» fü-
tiiyerp:d-:5 digilw ii.imnu.-Jr WÜ* mïrf^MEL
piiÏLur.ii-js EïadiLObniLdiu^UaKhkUfUdA Lu ptf
Afb. 2. De meetketting uit het werk van Metius uit
1611 (bron: Google Books)
29 Metius, Arithmeticae..., pp. 91-92
30 M. van Nispen, De Beknopte Lan t-M ee t-Kons t. Leerende In 't kor te, alles wat in 't gemeen, in de Practijcke des Landt-metens voor- komen
kan. Seer dienstigh niet alleen voor Leerlingen en Jonge Practisijns die haer in dese Konste soecken te oeffenen: maer oock voor alle
Lieden die haer met Koop-manschappen van Landen bemoeyen. En voorder voor alle Lief-hebbers van Geometrische Speculatie.
In goede ordre gestelt, en metnoodige Figuyren en Demonstratien verklaert. (Dordrecht, 1662), p.183. J. Morgenster, Werkdadige
Meetkonst, Tonende Klaar en beknopt, hoe dat al 'tgene een Ingenieur en Landmeter te meten voorvallen kan, Wiskonstig met en zonder
Hoekmeting, door de minste moeite gemeten word. Hier bygevoegt een Verhandeling van Roeden en Landmaten in Holland (Zwolle,
1703), p.57
31 Pouls, De Landmeterp. 123
12
2017-1 De Hollandse Cirkel