over het NAP-monument in de Stopera. Het
NAP-bezoekerscentrum is tijdelijk gesloten
vanwege verbouwing van de passage in het
stadhuis.
(Redactie DHC,
zie www.normaalamsterdamspeil.nl.)
De (Rijkswater)staat in de staat
Door nieuwe plaatsbepalingssystemen, zoals
Sea-fix en High-Fix steeg de productie al gauw
met een veelvoud. Toen daarna de automatise
ring zijn intrede deed was er een overkill aan
capaciteit. Resultaat was een hoeveelheid
lodingdata die niet eens verwerkt kon worden
en het veelvuldig opnemen van de vaarwaters
die in de belangstelling stonden. De opnemen
de diensten zaten elkaar daar letterlijk in het
vaarwater. Bij het vergelijken van de loding-
kaarten kwamen er dan weer niet of wel ver
klaarbare verschillen aan het licht. Het Loods-
wezen was bijvoorbeeld verantwoordelijk voor
het doorgeven van de minst gepeilde dieptes in
de scheepvaartwegen via de Berichten Aan
Zeevarenden (BAZ's). Het was ons al eens
meer opgevallen dat daar vaak een verschil
van meer dan drie decimeters in zat. Voordat
de lodingen aan boord begonnen werd altijd de
hele verticale waterkolom doorgemeten om de
gemiddelde temperatuur en het gemiddelde
zoutgehalte in die waterkolom te weten. Als
extra controle werd daarna nog een z.g. tareer-
plaat onder de transducer gehangen om nauw
keurig het toerental van het echolood hand
matig te regelen. Het gemiddelde toerental over
de hele verticaal gaf dan de snelheid van de
vereiste geluidsimpuls weer. In wezen werd er
dus geen diepte gemeten, maar tijd. De gemid
delde snelheid van het signaal in zout water
kan op 1480 m/sec worden gesteld. Het toeren
tal van het echolood aan boord van de beton-
ningsvaartuigen kon niet worden geregeld en
van het voorgaande had men nog nooit ge
hoord. Daarnaast liet de verantwoordelijke
Loodscommissaris zich ontvallen dat hij ze
kerheidshalve maar een marge van een paar
decimeters inbouwde en het verschil in gecon
stateerde vaarwegdiepte was verklaard.
De directie Noordzee vormde samen met de
Dienst der Hydrografie het Nederlands Hydro
grafisch Instituut (NHI), al vrij snel gevolgd
door een breder overleg met de kustdirecties.
De verantwoordelijkheid voor het publiceren
van hydrografische gegevens van de Noordzee,
Waddenzee en Zeeuwse wateren lag bij de
Dienst der Hydrografie. Door een geringe op
namecapaciteit kwam deze Dienst echter zel
den of nooit toe aan opnames in deze gebieden
en was men (noodgedwongen?) verplicht om
een beroep te doen op de gegevens van Rijks
waterstaat. Probleem bij het overzetten van de
gegevens was echter het reductievlak. Wij han
teerden over het hele land het NAP (Normaal
Amsterdams Peil) en de Afdeling Hydrografie
van de Koninklijk Marine het G.L.L.W.S. (Ge
middeld Laag Laag Water Spring), het gemid
delde van de laagste waterstand van elke
maand over een periode van vijf jaar. Een re-
ductievlak dat de onhebbelijkheid had om per
plaats te variëren. Tegenwoordig gebruikt men
het L.A.T., het Laagste waargenomen Astrono-
NAP-gebouw in Waddinxveen nog
toegankelijk
Het waterschap Wilck en Wiericke bestond als
'halve polderconcentratie' slechts van 1999
2005 (en ging op in Rijnland). Toch bouwde
het aan Herman Heijermanslaan 4 in Wad-
dinxveen een fors kantoor met de naam
N.A.P.-gebouw naar ontwerp Roggeveen en
Piso, ook Waddinxveens. Al jaren zitten er een
baptistenkerk, gitaar
school en een stel bedrij
ven in met sub-adressen
als 'NAP-gebouw
008a'...
(Adri den Boer)
77
NAP-gebouw in Waddinxveen
(www.vangalendesign.eu en www.roggeveen-piso.nl)
2017-2 De Hollandse Cirkel