het 750ste op 29 januari),6 en bedacht hij daar
mee inmiddels 100.000 zeemijlen a 1,852 km
achter zich te hebben; een mijlpaal die aan
boord niet onopgemerkt bleef, al drie dagen
daarna in Nederland de krant haalde7 en in
druk maakte, ook bij dichter 'A.B. te B.': "Wel
wat erg!: 'k Bemoei er mij niet mee. Temeer ik
ben geen prater. Maar Professor Vening
Meinesz blijft wel héél lang onder water."8 Bij
gekomen op de Amerikaanse marinebasis te
Norfolk, voer de O 16 zondag 14 februari via
de Chesapeak Bay de Potomac op om, na over
nachting op de basis Quantico, maandagoch
tend 15 februari te Washington af te meren op
de Navy Yard,9 dit met voor de opvarenden een
onderhoudende week in het vooruitzicht en
- in het bijzonder - voor commandant Ltz.
C.J.W. van Waning en prof. Vening Meinesz
een audiëntie bij president Roosevelt.
Aangevangen op 24 februari, verliep de terug
reis naar omstandigheden voorspoedig. On
danks het nog steeds onstuimige weer, werd nu
gekozen voor de normale noordelijke route en
kreeg Vening Meinesz daarmee de kans op dat
traject aanvullende slingerwaarnemingen te
doen. Op 7 maart aangekomen op de Azoren,
werd commandant Van Waning verrast door de
opdracht met spoed door te varen naar Lissa
bon en de O 16 daar onverwijld gereed te ma
ken voor vertrek naar de Straat van Gibraltar.10
Daar - tijdens de Spaanse burgeroorlog op
haar eerste 'echte' missie - zou zij de Neder
landse koopvaardij bescherming moeten bie
den. Liggend in de haven van Malaga, was Hr.
Ms. O 6 in oktober nog het enige Nederlandse
marineschip geweest in de Middellandse Zee.11
Nadat de O 16 in de ochtend van 12 maart in
Lissabon was aangekomen, moest Vening Mei-
nesz met zijn slingertoestel en toebehoren het
schip verlaten om op 25 maart aan boord van
KNSM s.s. "Nereus" in Nederland terug te ko
men. Zijn tussentijds verblijf in Lissabon had
de professor benut met voorlopige uitwerking
van zijn waarnemingen.12 Onverlet de betrach
te spoed, had hij van Washington op weg naar
Lissabon gelegenheid gekregen een tiental
zwaartekrachtsstations te vestigen en, aan
gekomen, sloot hij op 14 maart nog af met een
plaatselijke stationsbepaling, de 93 ste sinds
11januari. Hr.Ms. O 16 liep op 6 april weer
binnen in Den Helder.
Eerbetoon thuis
In Nederland wachtte Vening Meinesz een
warm onthaal. Het waren vooral die 100.000
zeemijlen (meer dan vier maal de aarde rond!)
die indruk hadden gemaakt en, niet te verge
ten, de voortreffelijke samenwerking daarbij
met de eveneens geëerde Koninklijke Marine.
56
Prof. Vening Meinesz met slingertoestel aan boord
van de O 16, januari/februari 1937.
Uit: Chambon 1939
6 F.A. Vening Meinesz, Gravity expeditions at sea 1934-1939, Delft 1941, p. 95 (in Table II, p. 89-97)
7 Leeuwarder Nieuwsblad 15-2-1937
8 Hepkema'sCourant: Nieuwsblad van Friesland 3-3-1937
9 Chambon
10 Idem
11 Bataviaasch Nieuwsblad 8-10-1936
12 Algemeen Handelsblad 13-3-1937
2017-2 De Hollandse Cirkel