de gewoonte dat een nieuwe directeur van een bedrijf een schilderij kreeg van de oprichter van het bedrijf. Het was de bedoeling de af beelding achter zijn bureaustoel op te hangen. Aan de muur tegenover zijn bureau werd een spiegel bevestigd. Opkijkend van zijn werk zag hij zichzelf samen met de oprichter van het bedrijf. Zo stel ik mij voor dat Schermerhorn en/of Roelofs zich zelf graag met Snellius zagen afgebeeld. Bij mijn benoeming tot erelid van de Studie vereniging Snellius heb ik de afbeelding aan de voorzitter cadeau gegeven, met een uitleg van wat de bedoeling was. Dat hij inderdaad de prent op de juiste manier gebruikte bleek uit zijn verzoek om van de afdeling ook een spie gel te mogen krijgen. Omdat het meubilair in slechte staat verkeerde was een grondige opknapbeurt geen over bodige luxe. Deze vond plaats in 1976. Aan de nummers en merktekens onder de meubels kon de restaurateur zien dat zijn firma de zaak al eerder onder handen had gehad in opdracht van professor Schermerhorn. Helaas was het groene ribfluweel voor de be kleding van de stoelen niet meer voorradig. Ik besloot de groene kleur te handhaven, maar de uitstraling was toch minder. Het blad van de vergadertafel was niet meer te repareren. Ik heb het laten overschilderen. Toen er weer be schadigingen dreigden heeft de materieel- beheerder Sjaak Hauser glazen platen op maat voor de vergadertafel en de tafel van het zitje laten maken. Emeritaat Bij de reorganisatie van de TU, waarbij het aantal faculteiten werd teruggebracht tot zes, werden wij een zelfstandige afdeling van de Faculteit CITG (Civiele Techniek en Geo- wetenschappen). Ik was jarenlang decaan van de Faculteit Geodesie geweest, nu werd ik voorzitter-beheerder van de afdeling. Omdat ik steeds meer te maken kreeg met het ondersteu nend personeel liet ik een kamer inrichten op de eerste verdieping, waar ik ook het meubilair naartoe liet verhuizen. In 1999 bereikte ik de pensioengerechte leef tijd, maar de afdeling verzocht mij om nog drie jaar aan te blijven. Dat kwam mijn opvolger prof.ir. Karel Wakker goed uit, omdat hij graag zijn termijn als Rector Magnificus wilde af maken. In 2002 nam hij mijn kamer met het meubilair over. Toen ik ongeveer een jaar later mijn neus om de hoek van de deur stak, zag ik tot mijn schrik dat het Schermerhorn-meubilair verdwenen was. Danny van Loon, die ik op de gang tegen kwam, troonde mij mee naar zijn kamer. Hij had het meubilair gered door het in zijn kamer op te stapelen. Het bestuur van de Stichting De Hollandse Cirkel bevrijdde Danny uit zijn penibele situatie en bracht het meubilair over naar het vroegere gebouw voor Geodesie. In de torenkamer kon het worden opgesteld, hoewel in die ruimte de meubelstukken niet tot hun recht kwamen. (Twee foto's van die opstelling zijn gepubliceerd in DHC 2017-2, p. 80, toen was er ook een van het zitje mogelijk.) De stichting De Hollandse Cirkel is zorgvuldig met het materiaal omgegaan, zodat het in 2017 kon worden overgedragen aan het Science Centre van de Technische Universiteit Delft (www.tudelft.nl/test/over-tu-delft/faculteiten/ annette/science-centre/). Ten slotte Ik ben blij dat ik nog mee mag maken dat het meubilair van Schermerhorn in de kamers van het Science Centre Delft staat opgesteld, waar het goed tot zijn recht komt en waar het pu bliek het kan gaan bezichtigen. Het meubilair heeft bijna 100 jaar trouwe dienst gedaan bij de TH/TU Delft. Het is van hout. F.Q. den Hollander 'heeft zich omge draaid in zijn graf. 118 De restauratie Nogmaals het zitje in de Torenkamer aan de Kanaalweg (foto Sander van Dam) 2017-3 De Hollandse Cirkel

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2017 | | pagina 16