de oudere methoden van opmeten verschil lende voordelen. De vroeger gebruikelijke lad ders en steigerwerken zijn overbodig gewor den; in principe kan elk voorwerp dat gefotografeerd kan worden van twee stand plaatsen uit, ook getekend worden. De fotogra fische opneming, gepaard gaande aan de bepa ling van het noodzakelijke aantal paspunten, is vrij snel afgelopen. De tekeningen kunnen daarna op elk gewenst tijdstip worden vervaar digd zonder het gebouw te bezoeken. Hierdoor is het mogelijk op vrij goedkope wijze een aan tal gebouwen in archieven vast te leggen, het geen met het oog op de heersende oorlogstoe stand een sterk argument was voor de toepassing der fotogrammetrie. Van een aantal gebouwen werden tekeningen vervaardigd op schaal 1:100, waarvan de nauwkeurigheid, op de kaart gemeten, 0,1 a 0,2 mm bedroeg. Hierdoor is het mogelijk aan de tekeningen maten te ontlenen met een nauwkeurigheid van enkele cm, waardoor het bezwaar dat door deze methode geen recht streekse meetcijfers worden verkregen, groten deels wordt ondervangen. De gebruikte camera is draaibaar om twee assen en heeft een beeld afstand van 20,5 cm. De opnamen worden ge maakt op glasplaten van 13 bij 18 cm. Per op- namenpaar worden gemiddeld 8 paspunten bepaald. Dit geschiedt door in en om het ge bouw met behulp van driehoeksnetten of poly gonen een meetkundige grondslag te formeren van waar uit door middel van voorwaartse in snijding de paspunten worden vastgelegd. Alle punten kunnen nu in een enkel coördinaten stelsel worden berekend waarvan de X-as meestal in de lengte-as van het gebouw wordt gekozen. De uitwerking der opnamen heeft plaats met behulp van een stereoplanigraaf of de autograaf waarbij de laatstgenoemde door het kleinere hellingsbereik der projectie camera's niet voor alle opnamen geschikt is. In vele gevallen kunnen uit de opnamen meer détails worden getekend dan met de schaal 1:100 der tekeningen overeenkomt. Anderzijds is het vaak noodzakelijk de door z.g.n. dode hoeken veroorzaakte onvolledigheden der tekeningen aan te vullen door op de gewone wijze uitgevoerde metingen.' Naar deze bij drage is recent kort verwezen.2 1958 Ir. B. Scherpbier, gepensioneerd BPM-er, zei in 1958 tegen 'de eerste Nederlandse fotogram- meter' Pa Negrijn bij zijn afscheid met 70 jaar: 'Toen ik in de oorlogsjaren op de afdeling Fotogrammetrie van de Meetkundige Dienst verzeilde hebben wij meer direct samen mogen werken. Ook toen was uw optimisme, zowel wat de afloop betreft van de druk waaronder wij allen leefden als wat betreft het werk, een factor die de kleine samenleving aan de Kanaalweg gunstig beïnvloedde. Ik herinner slechts aan de uitwerking van de foto's voor de verschillende gebouwen voor Monumenten zorg, waar de beeldkwaliteit bij de interieurs ondanks de zorg en kundigheid van de heer Hoekstra wel eens wat te wensen overliet.'3 1971 MD-er Meyer schreef in 1971 nog 'Voor het fotograferen van gebouwen enz. kan men dus gebruik maken van zo'n terrestrische meet- camera, zoals wij dat gedaan hebben in de oorlogsjaren voor monumentenzorg en zelfs nog enkele jaren geleden voor de gemeente Utrecht om het stadhuis te kaarteren.'4 1981 A. Waalewijn noemde bij het MD-jubileum in 1981 ook de inzet van de fotogrammetrische (over)capaciteit in WOII voor de kartering van cultuurmonumenten: 'De uitwerking van de foto's leverde een groot aantal fraaie en nauw keurige tekeningen op, o.a. van de St. Bavo- kerk te Haarlem en een reeks gevels aan de Oude Delft te Delft.' Een 'kartering' van een gevelwand van de (Grote of) St-Bavokerk werd daarbij paginagroot als illustratie opgenomen.5 Adri den Boer 139 2 Adri den Boer, Geodesie in Servire's Encyslopaedie, in: DHC 2014-2, p. 58 3 Mededelingenblad Contactcommissie MD, april 1958 4 H. Meyer, De toepassing van de fotogrammetrie bij de Meetkundige Dienst voor niet-kartografische doeleinden, in: Geodesia 1971, p. 250 5 A. Waalewijn, een halve eeuw meetkundige dienst 1931-1981 (RWS-serie 35), Delft 1981, p. 15/16 2017-3 De Hollandse Cirkel

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2017 | | pagina 37