sluit weer ingetrokken. Na alle verwarde dis
cussies besloot de Minister om naast Bevers
- die veel op reis was om controle uit te
oefenen - iemand te benoemen voor de meer
beleidsmatige taken inzake het Kadaster: dat
werd in 1875 E.P. van Steenbergen (1829-1911).
Hij werd benoemd tot
adjunct-inspecteur van
het Kadaster in alge
mene dienst. Bevers
voelde zich buiten spel
gezet. In een mislukte
poging om iets goed te
maken, kreeg Bevers
de titel van hoofd
ingenieur-verificateur.
Zijn salaris bleef
f. 2800 per jaar, ter
wijl bijv. de controleur
van het Kadaster te 's-Gravenhage f. 3600 ver
diende. Bevers nam een juist besluit: ontslag
neming. Hij werd bewaarder der hypotheken in
Roermond, later in Breda en later in 's-Herto-
genbosch, waar hij een van de best betaalde
overheidsbanen had! Van Steenbergen was
landmeter geweest en mocht zich vanaf 1876
Inspecteur van het Kadaster noemen. Hij was
adviseur van de Minister en had geen zeggen
schap over het personeel van het Kadaster. Van
Steenbergen zat er, maar er gebeurde niet veel.
De Minister zag dat ook in en in 1877 kwamen
er elf ingenieurs-verificateur, men wilde de
hermetingen ter hand nemen, er kwamen meer
landmeters, hun salaris werd verhoogd en een
wettelijke regeling van het Kadaster werd no
dig gevonden (dat zou nu nog 115 jaar duren).
Toch is er in de bijna 30 jaar dat Van Steenber
gen op het ministerie werkte nog het een en
ander gebeurd:
de hypotheken werden vernieuwd (dat is
auteur dezes zelfs in 40 jaar niet gelukt);
de regeling van de grondbelasting werd
verbeterd;
er kwamen voorschriften voor hermetingen;
er kwam een net van de Rijksdriehoeks
meting;
in 1900 verscheen een nieuwe Instructie
Kadaster.
Van Steenbergen verliet het departement op
75-jarige leeftijd per 1 juli 1904. Bij zijn af
scheid kreeg hij fruit- en bonbonschalen op
zilveren voetstukken, maar geen woord van
waardering is terug te vinden. Wel werd hij
ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.
1904-1925: rust en teleurstelling
Na Van Steenbergen werd G.F. Stucki (1851
1914) de nieuwe Inspecteur van het Kadaster
per 1 juli 1904. Hij was in 1872 adspirant-
landmeter van het Kadaster geworden, in 1875
landmeter en in 1901 ingenieur-verificateur van
het Kadaster te 's-Hertogenbosch. Wellicht
heeft hij geprobeerd op de winkel te passen,
maar zelfs dat is niet bekend. Maar misschien
is dat zijn grote verdienste geweest. In de hec-
tiek van het leven kan een Stucki-periode een
verademing zijn. Hij verliet de dienst op 1 ok
tober 1912, oud 61 jaar. Op 1 november 1912
werd de ingenieur-verificateur te Groningen
E.J.A. Weygers Inspecteur van het Kadaster
ten departemente.
Weygers heeft zijn
best gedaan voor de
komst van de oplei
dingscursus voor land
meter te Wageningen.
In 1916 verscheen
door zijn toedoen een
ongelukkig wets
ontwerp over grens
regeling (een soort
Kadasterwet) en nog
een paar mislukte
voorstellen. Succes
voller was hij in het wegwerken van achter
standen bij het Kadaster die waren ontstaan
tijdens de eerste wereldoorlog en in pogingen
om te komen tot een eerste ruilverkavelings-
wet. Ook wist hij de Tarievenwet 1922 (waarin
de kadastrale tarieven werden geregeld) in het
Staatsblad te krijgen. Toch hebben teleurstel
lingen hem - op bijna 70-jarige leeftijd - naar
zijn ontslag per 1 februari 1925 geleid. Hij
overleed in de hongerwinter van 1944 op
89-jarige leeftijd.
1925-1937: leiders of lijders?
Op 1 april 1925 werd de landmeter J. Zijlstra
(1878-1952) hoofd van de nieuwe afdeling Ka
daster op het ministerie. Zijlstra was in 1900
adspirant-landmeter geworden, in 1903 land
meter en bij zijn komst op het departement in-
109
E.P. van Steenbergen
E.J.A. Weygers
2017-3 De Hollandse Cirkel