In Febr. 1800 mat hij over het ijs tusschen
Monnickendam en Marken met een ketting een
basis van 1500 Rh. Roeden (5650 M.) en leid
de daaruit voor den afstand Amsterdam -
Haarlem 4457,9 Rh. R. af.' In zijn noot 1 daar
bij staat: 'Later, bij de definitieve triangulatie
vond Krayenhoff voor dezen afstand 16789,3
M. 4456,5 Rh.R., dus 1,4 roeden minder en
niet 4 voeten gelijk Précis p.3 staat. Over deze
basis- en azimuthmetingen is in de Leidsche
manuscripten niets te vinden.'
W. Stavenhagen, Skizze der Entwickelung
und des Standes des Kartenwesens des ausser-
deutschen Europa. Erganzungsheft N°. 148 zu
Dr. A. Petermanns Mitteilungen aus Justus
Perthes Geographischer Anstalt, heraus-
gegeben von Prof. Dr A. Supan. Gotha: Justus
Perthes, 1904, geeft op blz. 106: '...Daher ent-
schloss sich Krayenhoff sofort zu einer Trian-
gulation. Er mass dazu 1800 auf dem Eise des
Zuydersees eine 1500 rheinische Ruten lange
Basis zwischen Monnickendam und der Insel
Marken und triangulierte mit einem guten Sex
tanten in Nordholland, bestimmte den Abstand
des westlichen Turmes von Amsterdam vom
mittleren zu Haarlem auf4457,9 Ruten mit
solcher Genauigkeit, dass er nach spateren
Ermittelungen nur um 4' abwich, und schloss
an diese neue Grundlinie eine weitere Drei-
ecksmessung von 1799 Punkten [dit is geen
aantal, maar bedoeld zijn de in 1799 gemeten
punten (JS)], so dass er 1800 einen zweiten
Versuch zur Zusammenstellung der Spezial-
aufnahmen für eine Generalkarte in 9 Blatt
machen konnte....'
J. van Roon, De grondslag der officieële
kaarten van Nederland getoetst aan moderne
Eischen, (waarschijnlijk) uit 1927, geeft op blz.
3 onder andere: 'Voor de lineaire afmetingen
van zijn net mat hij in Februari van den
strengen winter van 1799 op 1800 een 5650 m
lange grondlijn op de bevroren Zuiderzee tus-
schen Marken en Monnickendam en bepaalde
daarbij op de uiteinden van de basis met een
goeden sextant de hoeken met de voornaamste
aldaar zichtbare terreinvoorwerpen in Noord
holland. Vervolgens de afstanden tusschen die
verschillende punten berekenende vond hij
voor den afstand tusschen den Westertoren te
Amsterdam en de groote Kerk te Haarlem
16.794,692 meter, welke afstand slechts 1,252
meter verschilt met dien uit later gevonden
metingen.'
C.A.C. Verschuuren: "Beknopt Overzicht
van de Samenstelling der Topographische
kaarten en van den Dienst der Militaire Ver
kenningen. 1e Gedeelte", uit 1930. Op blz. 4
staat: '.In Februari 1800 maakte Krayenhoff
van het feit, dat de Zuiderzee tusschen Mon
nikendam en Marken bevroren was, gebruik,
om een eenvoudige basismeting op het ijs uit te
,t r.n cn,w
i -
Afb. 10. Foto van de in 1898 door de RD gemeten
toren van de St. Bavo in Haarlem. Deze toren is
door Krayenhoff in 1800 gebruikt om een nieuwe
basis te creëren voor het door hem geplande
driehoeksnet. Foto van de RD.
166
2017-4 De Hollandse Cirkel