1787), en in 1788 een Verklaring van den
Almanak ten dienste der Zeelieden, en een
Verhandeling over de inrichting en het gebruik
der Octanten en Sextanten, van HADLEY
beide uitgegeven door die commissie.7 'Die
wijze van de lengte te bepalen was toen bij
onze zee-officieren schaars, en bij de koop-
vaardijlieden in 't geheel niet bekend.'8
Van Swinden werd ook politiek actief, zo was
hij onder andere vanaf 20 februari 1795 lid van
de vergadering van Provisionele Representan
ten van het Volk van Holland, en was hij van 9
maart 1795 tot 1 maart 1796 gedeputeerde ter
Staten Generaal (voor Holland) en later lid van
het Uitvoerend Bewind (het dagelijks bestuur)
der Bataafse Republiek, van 4 juni 1800 tot 19
september 1801.9 Op 24 september 1795 heeft
'den Franschen Astronomist Perny', die in
België was belast met meetwerkzaamheden,
vanuit Antwerpen een verzoek gedaan aan de
Repraesentans de la Republique des Provinces
om 'zyne Aardmeetkundige waarneemingen
van Bergen op Zoom tot Alkmaar te moogen
vervolgen, ten einde de juiste groote te kunnen
bepaalen van den Graad der Aarde,en
daar door te verifieeren de meetingen twee
Eeuwen geleeden gedaan door Snellius;In
het verslag van een vergadering van 30 oktober
1795 lezen we: 'Uw Committé heeft ge-
meent, daar niets beeter toe strekken kon, als
zig door een kundig Persoon in dit vak kundig
te doen voorligten, en heeft gevolglijk, deeze
Missieve gesteld in handen van een onzer ver-
dienstelykste Medeburgers, den zoo zeer door
ons geagten Professor van Swinden.'
Uit dat verslag blijkt dat deze daar direct werk
van gemaakt heeft, want daarin staat, dat
Ul. Committé voor weinige daagen' (dus eind
oktober) een interessant bericht ontving van
Van Swinden, dat daarna in de vergadering
werd besproken. Het is een uitgebreid overzicht
van de geodetische ontwikkelingen in Europa
in die tijd, met het accent op het feit dat overal
de overheid volop meewerkte, zelfs bij grens
overschrijdende metingen, tussen landen die in
onmin met elkaar leefden! Zijn advies was dan
ook dat de Provisionele Repraesentanten van
Holland dit voor afhandeling moesten doorstu
ren naar de Gedeputeerden ter Generaliteit met
het advies om in te gaan op het aanbod van
Perny, en deze 'zyn operatien niet alleen tot
Alkmaar, maar tot de Helder, Vlieland, Har-
lingen, Franeker, de noordelyke gedeelte van
Vriesland en Groningen, en eenige weinige
Plaatsen in Overysel, Gelderland en het Sticht
uittetrekken' 'en indien deeze meetingen
dan vervolgends tot Middelburg aan den
eenen en den Bosch aan den anderen kant
wierden uitgestrekt, zoude men in vervolg de
Kaarten van deeze Republieq tot eene nauw
keurigheid kunnen brengen, die wy helaas! tot
nu toe ontbeeren.'
Hij vindt het zó belangrijk, dat hij er nog aan
toevoegt, dat '.indien deeze Propositie by
H.H. Mog. Onverhooptelyk of niet werd ge-
agreëerd of door andere Provintien word over-
genoomen, de Provisionele Repraesentanten
van Holland zelf den Burger Perny verzoeken
zouden inmiddels zyne Operatien in Holland
te komen voortzetten'. In de vergadering wordt
voorgesteld om de Geduputeerden ter Genera
liteit te adviseren om op dit aanbod in te gaan,
en men vraagt zich af '.of het niet nuttig voor
den Lande weezen zoude, een Persoon de ver-
eischte bekwaamheeden hebbende te benoe
men, om den Geleerden Perny in zyne waar
neemingen en bewerkingen te vergezellen, en
meede werkzaam te wezen, waartoe men of
den kundigen Professor van Swinden, of zo
danig ander geschikt Persoon zoude kunnen
doen voorstellen, als deeze Vergadering zoude
kunnen goedvinden'. Aan het einde van het
overleg zijn de Gecommitterden van Holland
en Utrecht het erover eens om conform het
voorstel te adviseren, en wordt voorgesteld om
'den Burger van Swinden' aan te wijzen '.om
den Geleerden Perny in zyne waarneemingen
en bewerkingen hier te Lande te vergezellen en
te assisteeren'.10 Let wel, dit gebeurde dus
twee en een half jaar voordat er sprake was
van de noodzaak om een nieuwe Grote Kaart
te vervaardigen!
52
7 Moll, blz. 69 en 70
8 Moll, blz. 28
9 Wikipedia d.d. 28-12-2017 en www.parlement.com, blz.1 van 3. Moll, blz. 77, in de noot 32 op blz. 58 zegt hij dat het was 'van 20
Junij 1800 tot half September 1801'.
10 Decreeten 1795, blz. 1128 t/m 1133
2018-2 De Hollandse Cirkel