«tem keurigheid te kunnen waarnemen." Dat is het Observatorium Veluwe. De tweede plaats op de Veluwe waar een Signaal nodig was, was het punt Imbosch, nabij Rheden en De Steeg gelegen. Arnhem, Doesburg en Hoch Elten zijn dus niet opgenomen in het net van hoofdpun ten. Nieuw op deze kaart zijn dus de hiervoor al genoemde Lemelerberg, Zutphen, Signaal Imbosch en het Observatorium op de Veluwe, en verder een punt aangeduid als Signaal Har- denberg. Dit laatstgenoemde is niet het dorp in Overijssel nabij de grens met Drenthe, maar waarschijnlijk was er een signaal gepland vlak bij het landgoed Hardenberg nabij Achterhoek- se Gendringen. De Meridiaan van Duinkerken is ingeruild voor de Meridiaan van Parijs, de perpendiculair van Duinkerken is vervangen door de lijn van 51° NB. Het kaartje van afb. 2 was dus de bijlage van de brief aan Von Zach, zoals dat gepubliceerd was in de Algemeene Konst- en Letter-Bode van 10 april 1804. De geadresseerde Von Zach heeft de Duitse vertaling/bewerking van de brief, in 2 gedeeltes, gepubliceerd in zijn Monatliche Correspondenz namelijk als bladzijden 168 tot en met 186 in het nummer van februari 1804, de rest als bladzijden 264 tot en met 268 in maart 1804, waarbij enkele tabellen met metingen en lijsten met van vele plaatsen de Lengte en Breedte waren bijgevoegd, en een kaartbijlage van het driehoeksnet op dat moment, zie afb. 3. Von Zach heeft ook die kaart zelf bewerkt. Hij heeft eerst een geografisch net getekend, en daarop de punten van Krayenhoff aangegeven. Het is goed mogelijk dat hij de punten aan de hand van de door Krayenhoff bijgevoegde tabellen van plaatsen met hun geografische coordinaten, zelf op de kaart heeft aangegeven. Het Signaal Hardenberg heeft hij niet op zijn kaart aangegeven, waarschijnlijk omdat daar geen Lengte en Breedte van was opgegeven. Van der Plaats merkt op: "De kaart in Letter bode is wel op grooter schaal dan de Duitsche, maar veel onnauwkeuriger".2 Het Observato rium op de Veluwe is bij Von Zach aangegeven als "Warte", zeg maar (sterren)wacht. In een volgende aflevering hoop ik verder te mogen gaan met het vervolg van de werkzaamheden van Kraayenhoff aan zijn driehoeksnet. De toren van Harderwijk Voor ik deze aflevering afsluit wil ik eerst even ingaan op de opmerking bij het signaal op de kerk te Harderwijk. Krayenhoff kende die kerk uiteraard wel van zijn studententijd in die stad. De kerk was in die tijd voorzien van een mooie stenen toren, zie afb. 4. Maar het slechte onderhoud van de toren was er de oorzaak van, dat op 28 januari 1797 om ongeveer 10.00 uur de oostelijke kant van de toren met donderend geraas instortte, zie afb. 5 links. Gelukkig had men kort daarvoor, toen de toren gevaarlijk begon te werken, de armenschool vlakbij de kerk al gesloten, en de bewoners van de huizen in de omgeving hun woningen laten verlaten. De klap moet "velen aan eene aardbeving hebben doen denken", schreef Portheine. In de stad ontstond paniek "omdat de bevolking 25 Afb. 4. De kerk van Harderwijk met zijn toren voor 1797. Uit Steffie Stokvis, blz. 7 Afb. 5 links en afb. 5 rechts. De torenval van 28januari 1797 in twee fasen. Uit Steffie Stokvis, blz. 8 2 Van der Plaats, blz. 221. 2019-1 De Hollandse Cirkel

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2019 | | pagina 27