Met nadruk op de theoretische aspecten van waarnemingsprocessen, had in 1959 de Griek se geodeet GEORGE VEIS (1929) een lans gebroken voor het meetkundige geodetisch gebruik van kunstmanen.23 In het bijzonder, wat de betrokken ruimtelijke referentiestelsels aangaat, kwam hij in 1962 aan het woord24 tijdens het eerste internationale symposium "on the use of artificial satellites for geodesy", een gebeuren in Washington D.C. dat 'satelliet- geodesie' (dynamisch en meetkundig) als erkende vakdiscipline op de kaart zette en waarvan de proceedings door Veis werden ge redigeerd. Het symposium had wetenschappers van alle betrokken of te betrekken richtingen en be oefenaren bijeengebracht, van sterrenkundigen en algemene wis- en natuurkundigen tot geo deten en ingenieurs; een multidisciplinair gezelschap, dat eensdeels zorgde voor nieuwe uitkomsten, anderzijds voor innovaties op theoretisch en praktisch gebied.25 Zo was er op theoretisch gebied een gedetailleerde algemeen relativistische beschouwing van de baandyna- mica rond een draaiende afgeplatte sferoïde, zoals de aarde26; meer praktisch leek de inzet van de radiotechnieken, zoals bij het TRANSIT doppler-navigatiesysteem voor geo detische plaatsbepaling27 en een speciaal ten behoeve van de geodesie te lanceren satelliet.28 Origineel maar, naar het zich liet aanzien toch weer minder praktisch, was het voorstel om stersbedekkingen door kunstmanen te benutten voor uiterst precieze relatieve plaatsbepaling op aarde.29 Als 'consultant' werkzaam bij SAO kwam Veis kort na het historische symposium met een vector-analytische uitwerking van Vaisala's triangulatiemethode, toegepast op kunstmatige satellieten, gelijktijdig waargenomen vanaf twee of meer stations.30 Ingezet op het wereld wijde Baker-Nunn-net leverde die aarde-vaste richtingen tussen de camera's op duizenden kilometers onderlinge afstand. Daarnaast had de Amerikaanse Coast Geodetic Survey (C&GS), gebruik makend van door Wild- Heerbrugg geleverde ballistische BC-4 platen- 98 Vaisala'sprofetie: stellaire triangulatie via satellieten Het Baker-Nunn-net omspande sedert 1965 de aarde. 23 George Veis, "Geodetic uses of artificial satellites", Smithsonian Contributions to Astrophysics, vol. 3, nr. 9, Washington D.C., 1960. Gebaseerd op zijn proefschrift "Geodetic applications of observations to the moon, artificial satellites and rockets", Ohio StateUniversity 1959 24 G. Veis, "Precise aspects of terrestrial and celestial reference frames", in: G. Veis (red.), The use of artificial satellites for geodesy (Proceedings of the first international symposium on the use of artificial satellites for geodesy, Washington D.C., 1962), Amsterdam 1963, pp. 201-216 25 Zie: G.J. Bruins, "Symposium on the use of artificial satellites in geodesy", K&L 78, nr. 4 (augustus 1962), pp. 194-204 26 Veis (red.), pp. 69-107 27 W.H. Guier, "Navigation using artificial satellites - the TRANSIT system", in: Veis (red.) 1963, pp. 261-277 28 Mark M. Macomber, "Project ANNA", in: Veis (red.) 1963, pp. 257-260 29 Garry D. Gordon, "Satellite-star occultations for geodetic determinations", in: Veis (red.) 1963, pp. 293-302 30 George Veis, "The determination of absolute directions in space with artificial satellites", SAO Special Report nr. 133, 1963 2019-3 De Hollandse Cirkel

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2019 | | pagina 8