van het weer gedurende de 17 dagen dat wij hebben moeten passeren op deze Standplaats gevoegd bij de beweegbaarheid van dit obser vatorium hetgeen weinig Solide was, zijn wij verpligt geweest om de vereischte Zekerheid te krijgen door de herhaalde waarnemingen.... In het midden van deze Standplaats, heeft men een groote hardstenen parallellipipide in den grond gegraven een voet erboven dezelve uit stekende en dragende het opschrift op den bovenkant "ObservaTorium 1805." Uit deze nieuwe informatie blijkt dat de be schrijving door Van der Plaats goed was. Als laatste hierbij een beschrijving van het Signaal op de Harikerberg, nabij Goor. "De "eerste Hoofddriehoeksmeting van Nederland" (1802 1811) werd bijna geheel door Krayenhoff per soonlijk uitgevoerd. Zo verrichtte hij ook de metingen voor het punt Harikerberg zelf. Dit gebeurde in 1807 op donderdag 25 juni, woensdag 1 juli, donderdag 2 juli, vrijdag 3 juli en zaterdag 4 juli. Toendertijd was er nog geen toren of ander bouwsel, en de Heriker- berg was vooral begroeid met heide, er was geen of bijna geen bos. Men had onbelemmerd uitzicht. Voor de meting werd op de top een zogenaamd "signaal" geplaatst, een open driezijdige pyramide, van boven bedekt met planken en 16 voet (ongeveer 5 meter) hoog. De top van het signaal werd gebruikt als richt punt voor de omliggende driehoekspunten: de Lemelerberg, de Oldenzaalse Plechelmus- toren, Ahaus, Groenlo en Zutphen. Het eigen lijke driehoekspunt op de Herikerberg was onder het signaal op de grond. Dit punt werd na de metingen gemarkeerd met een hard stenen paal. Deze paal is in de loop van de 19e eeuw verloren gegaan."13 Zoals hiervoor al is vermeld, was hij in 1804 door zijn andere taken niet aan het verder meten van zijn driehoeksnet toegekomen. "In den jare 1805 scheen de Republiek van nieuws te zullen bedreigd worden, door de tegen Frankrijk Verbondene Mogendheden; en daar noch de frontieren aan de landzijde in de vereischten staat, noch de personele middelen van defensie, toereikende waren, was men al gemeen van oordeel, dat ten minste de belang rijkste stad der geheele Republiek, Amster dam, in geduchten staat behoorde gebragt te worden, om zoo lang mogelijk, de onafhanke lijkheid van den Staat te kunnen waarborgen. Het was dan ook dien ten gevolge, dat de Luitenant-Colonel KRAYENHOFF, op den 20sten September 1805 bevel ontving, om zonder eenige bepaling, gemelde stad in staat van tegenweer te stellen, terwijl de wijze hoe, geheel aan hem werd overgelaten. Al spoedig had hij daartoe een algemeen ontwerp ver vaardigd, hetwelk dan ook goedgekeurd zijnde, in vervolg van tijd, meerendeels onder zijne Directie is uitgevoerd geworden", aldus de door Krayenhoff zelf opgestelde tekst.14 Toch heeft hij in dat jaar 1805 wel zestien Primaire stations bezocht, waaronder de punten Imbosch (43), Hettenheuvel (44), Observatorium op de Veluwe (47), Zutphen (48), Grol (=Groenlo, 49) en Harikerberg (50).15 Geraadpleegde literatuur Behalve de in mijn vorige afleveringen al ge noemde bronnen, heb ik nu ook gebruikge maakt van: - C.T.R. Krayenhoff,Verzameling van Hydro- graphische en Topographische Waarnemin gen in Holland. Uitgegeven te Amsterdam, bij Doorman en Comp., 1813 (de datering van zijn voorwoord is 1 Julij 1813) - G.A. van Kerkwijk, GEODESIE. Voor de Kadetten van alle Wapenen. 1e druk. Uitge geven te Breda ter Drukkerij van Broese Comp. voor rekening van de Koninklijke Militaire Akademie. 1842 - Frans Scholten, De gemeente Rheden op oude kaarten. Uitgeverij Matrijs, Utrecht. 2010 - J. Stoelhorst en J. Kolkman, De Marke van Hericke. Uitgave van de Stichting Heem kunde Markelo, 2009 17 13 De Marke van Hericke, pp. 51 en 52. Met dank aan Herman Quee 14 Tydeman, pp. 48/49. 15 J.D. van der Plaats, p. 230 2020-1 De Hollandse Cirkel

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2020 | | pagina 19