De meidagen van 1940 rond Kanaalweg 4 in Delft
Adri den Boer
Inleiding
'Ooit plaatste ik als redacteur van het MD-
blad van de Contactcommissie van die Rijks
waterstaatsdienst graag een reeks 'MD in
bezettingstijd' van W. Stel op basis van brieven
aan zijn ouders. De daarbij in nummer 1981-4
integraal toegevoegde MD-circulaires met de
vraag om de Ariërverklaring te tekenen, gevist
uit het oud papier, leverde me commentaar op
van het hoofd van de administratie, al van
voor de oorlog bij de dienst: dat was toen
normaalDat schreef ik in de column 'Meer
oorlogsverhalen svp' in DHC 2012-1 (dat hoofd
was de heer A.J. Nienhuis, geboren 1909, sinds
1932 MD-er.) Zijn uitleg zal helaas feitelijk
hebben geklopt. De titel van de MD-circulaire
was verhullend 'Uitvoering van de vierde Ver
ordening betreffende bijzondere maatregelen
op administratiefrechtelijk gebied'. In de romp
tekst ging het om 'een opgave te ontvangen
van alle personen, die onder meer in dienst
van het Rijk zijn, en geheel of gedeeltelijk van
joodschen bloede zijn of met een geheel of ge
deeltelijk van joodschen bloede zijnde persoon
zijn gehuwd.' Beide circulaires (van 25 sep
tember en 18 oktober 1940) waren slechts
'ondertekend' met 'De Adjunct-Hoofdingenieur
van den Rijkswaterstaat in de Directie Alge-
meene Dienst' (waar de MD onder viel) en dus
zonder persoonsnaam. (Dat deze adjunct
hoofdingenieur Jan Gurbe Fortuin (1894-1949)
vier joodse namen móést doorgeven, doorgaf
en met een prachtig getuigschrift ontsloeg,
kwam in dit blad al eerder aan de orde. De
naam van één van hen, de fotogrammetrische
hulp bij metingen S. de Vries, zou voor gaan
komen op de door Fortuin op 21 juni 1949 ont
hulde gedenksteen voor de gevallen collega's.1)
In het MD-blad 1981-4 reageerde het oud-
hoofd van de administratie, genuanceerder dan
eerder mondeling: 'Het is wonderlijk te be
denken, dat zulke brieven over maatregelen
tegen joden uitgingen. Ik heb daar hoogst
waarschijnlijk zelf ook wel wat aan gedaan.
We vonden het toen wel een akelig onderwerp,
maar beseften nog niet wat de gevolgen kon
den zijn.'2 Dat was een passende correctie!
De nu in deze bijdrage geplaatste twee Poly
goon-opnamen uit juni 1940 van het Duitse
Heldenkerkhof aan de Kanaalweg werden in
die column in DHC 2012-1 ook al genoemd,
maar nog niet afgebeeld.
De Groninger Willem Stel kwam als één van
de werkloze 'kwekelingen met acte' in 1940 bij
de MD (Meetkundige Dienst van de Rijks
waterstaat) werken en ging daarbij na 40 jaar
met de VUT (afscheidsreceptie 28 april 1980
in gebouw 'Westraven' in Utrecht). Hij schreef
daarna uit brieven aan zijn ouders over de MD
in bezettingstijd in de MD-bladen 1981-3
(p. 35-38) en 4 (p. 39-43). Na de commotie
rond die door mij (eindredacteur) als illustratie
toegevoegde MD-Ariërverklaring-circulaire
van 25 september 1940 - ik deed dat ook met
oude ansichten - hield de bezettingstijd plots
op...
Daarvóór schreef hij al een bijdrage over 'Mijn
eerste weken bij de MD' (MD-blad 1980-3,
p. 29-34) en over 'De meidagen van '40 rond
Kanaalweg 4 in Delft'. Deze zeven bijdragen
op basis van dagboeknotities verschenen in de
MD-bladen:
1980-4, p. 32-35
1980-5, p. 32-37
1980-6, p. 6-9
1980-7, p. 5-8
1980-8, p. 14-16
1981-1, p. 27-30
1981-2, p. 11-14
In het vervolg hieronder nemen we uit deze
enorme hoeveelheid tekst voor deze herpubli
catie alleen fragmenten over. Uit de dagboek
tekst van Willem Stel dus:
50
1 Adri den Boer, Varia: meer MD in oorlogstijd, in: DHC 2015-4, p. 161 e.v.
2 Adri den Boer, Varia: MD-landmeters in oorlogstijd, in: DHC 2015-3, p. 122
2020-2 De Hollandse Cirkel