beurt. Mij werd gevraagd om naar Schier monnikoog te gaan. De voorbereidingen waren al klaar en ik kon op pad. Om 3 uur in de nacht reed ik van huis weg en na een hele tocht kwam ik rond 7 uur in de ochtend aan te Lauwersoog. De veerboot voer net de haven uit, wat een pech! Dat was een van de redenen dat ik niet zo voor de eilanden voelde, wat een gedoe! Nu is er genoeg te zien en te beleven in zo'n haven, dus ik kwam de tijd wel vlug door. De volgende boot was voor mij en een stuk varen naar het onbekende is altijd leuk. Van de aanlegsteiger aan de overkant fietste ik naar het dorp. Op de boot had ik al geïnfor meerd of iemand een adres voor onderdak had, en dat kreeg ik ook. Na kennismaking in het pension en met de terreinkleding aan ging ik op weg. Ik was na de eerste dag al gek op dat eiland. De opdracht om het weekend op het eiland te blijven als ik vrijdags niet gereed zou zijn met het werk beviel me prima. Er was me gevraagd om van de baak op de noordpunt van het eiland een foto te nemen voor het triangulatie-archief. Deze baak lag op het Willemsduin, waar ik te voet naar toe moest. Ik was eerst langs de boswachter ge gaan om te vragen hoe laat het hoog en laag water was. Je moest op die tocht drie kreken doorwaden en hij vertelde mij hoe ik dat moest aanpakken. Het was mooi weer en hij wist dat ik die dag in de duinen was op weg naar de baak. Mijn fiets had ik ergens neergelegd, in de hoop deze weer terug te vinden(!). Ik was ge spannen en had in de stilte het idee dat ik niet alleen was. Ik zag er voetstappen. Daar kwam de eerste kreek en met mijn laarzen aan ging dat goed. Ik had het al goed warm met alles wat ik bij mij had: luchtfoto's, verrekijker, camera, eten en drinken. Toen ik het volgende duin over was zag ik de baak in de verte lig gen. Even daarna stond ik voor de tweede spreng en ook daar kon ik goed overheen. De tijd liep door en daar was de derde al. Na een aantal minuten stond ik bij de baak, moe en warm van het sjouwen en van de spanning. Eerst heb ik enkele foto's gemaakt. Ook vond ik de Rijksdriehoekssteen, waarvan ik een foto maakte. Daarna ben ik even gaan zitten om uit te blazen, maar dat zat niet lekker omdat ik besefte dat het water straks op zou komen. Wat zou ik op de terugtocht al niet tegenkomen. Ik heb er even gezeten en genoten van de duinen, de zee en de stilte. Op de terugweg was ik op tijd over de kreken en onderweg zag ik vanaf een hoge duintop iemand lopen. Dat waren dus de verse voetstappen. Mijn fiets lag er gelukkig nog en ik ben rustig gaan zitten eten en me daarna gaan afmelden bij de boswachter. Het einde in zicht En dan kwam daar mijn laatste blad. Het is triest, maar de jaren zijn voorbij gevlogen. Het was een gebied op de Veluwe (blad 27DZ). Onderdak vond ik in Vaassen. Het was een gebied met veel bossen, die overigens in ver band met de bronsttijd gesloten waren. Ik moest er toch in, want ik had gezien dat er ver anderingen waren. Na een uurtje in alle stilte gewerkt te hebben, kwam er een jeep aangere den met de jachtopziener. Ik dacht direct aan een uitbrander en een bekeuring, maar toen hij eenmaal de luchtfoto zag, was hij verkocht: alles ging heel vriendschappelijk en ik kon mijn gang gaan in dat gebied. Mijn allerlaatste standplaats op dat laatste blad was Terwolde. Ik had daar al jaren eerder bij iemand onder dak gekregen en ze bleken mij nog te kennen. Ik herinner me nog levendig dat ik m'n laatste aantekeningen in de foto graveerde. Veertig jaren zaten er op. 153 Afscheid van Fred in 1990 2020-4 De Hollandse Cirkel

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

De Hollandse Cirkel (DHC) | 2020 | | pagina 13