*&n wat nu 20 U leest dit artikeltje in het eerste nummer van het blad "Geodesia", een uitgave van de Stichting Nederlands Genootschap voor Landmeetkunde, kortweg het N.G.L. Een lange tijd van voorbereiding is hiermee af gesloten en terecht zult U zich met ons af vragen„en wat nu". We hebben dus een stichting, opgericht door de vereniging van technische ambtenaren van het kadaster, de vereniging van landmeet kundigen en de vereniging meetkundige dienst Rijkswaterstaat, die een tijdschrift doet ver schijnen bestemd voor allen, die als niet-aca- demici op enigerlei wijze de landmeetkunde beoefenen; onverschillig of ze meten, rekenen, tekenen, luchtopnamen interpreteren; onver schillig of ze in dienst zijn van rijk, provincie, gemeente, semi-overheidsbedrijf of particulier bedrijf. Dit betekent een afsluiting van een periode van ruwweg geschat dertig jaar, waarin deze personen een plaats in de landmeetkundige wereld hebben gevonden en soms veroverd en het betekent ook een bewustwording van deze personen van de plaats, die ze in de maatschappij innemen. "En wat nu?" Nu zullen we samen moeten tonen, dat we in staat zijn, dit tijdschrift uit te geven. We treden nu als één grote groep in het licht der openbaarheid en vele ogen zijn op ons gevestigd, soms met een zweem van spot; maar gelukkig blikken ons ook vele ogen bemoedigend toe en spreken van steun en begrijpen. We zullen dit nodig hebben. We zullen tot het besef moeten komen, dat dit nu niet zo maar een tijdschrift is, maar dat het ons tijdschrift is, representatief voor onze groep. Het is ons visitekaartje, waarmee we ons als niet-academici, presenteren aan de maatschappij. Het is ook ons middel om ons verder te bekwamen, om ons te verdiepen in het vak, dat we vrijwillig gekozen hebben. Het is ook ons middel om tot hoger aanzien, tot meer waardering te komen; ook, maar niet alleen, in financieel opzicht. We zullen artikelen lezen, die ons niet on middellijk interesseren, maar toch zullen het facetten zijn van de wetenschap, die land meetkunde heet en ze zullen onze belang stelling en ontwikkeling verhogen. Vraagt U niet onmiddellijk na lezing van de eerste nummers af: „wat heb ik er nu aan gehad, er stond niets in wat mij interesseerde Het is Uw tijdschrift, het is het tijdschrift van meer dan duizend collega's van U, die bij welke dienst of bedrijf dan ook hetzelfde vak op hetzelfde niveau beoefenen. Samen zullen we het opbouwen tot een orgaan, dat we elke maand weer met trots doen verschij nen. Meer dan duizend collega's in Nederland worden nauwer verbonden en Geodesia zal deze verbondenheid doen groeien. Zoals nu de tijd rijp is geworden voor de stichting van het N.G.L., zal over enige jaren de tijd rijp zijn voor een nog nauwere bin ding. Laten we beginnen ons tijdschrift tot het beste Landmeetkundige vakblad in Nederland te maken! Dat is ons antwoord op de vraag: „en wat nu?". Mocht bestuur of redactiecommissie een beroep op U doen, geeft hun de steun en de medewerking, die ze vragen. Ongevraagd kunt U medewerken door het blad aan anderen te tonen en zo abonnees te winnen. Ons tijdschrift zal beter en mooier worden naarmate er meer geld beschikbaar is. Bestuur N.G.L. Rietveldt, voorzitter K. Buursink, sekretaris G. D. de Beurs, penningmeester E. Schrikkema H. A. M. Tijsmans J. F. Cock M. Rijsdijk. Bericht van de redactieDoor plotselinge toevloed van personeels advertenties moet het belangwekkende artikel van dhr. M. F. Ferwerda, docent aan de K.M.A. te Breda, over de Enclaves in Baarle-Nassau overstaan tot het oktobernummer van dit tijdschrift.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1959 | | pagina 20