IJzeren
gordijn
Landmeetkundige
bedrijvigheid
achter het
34
P. S. TEELING:
Menig reusachtig landmeetkundig werk werd
volbracht, omdat er een zeer sterke drijfveer
achter zat. Ieder onzer kent wel de stads
plattegronden van de 16e eeuwse Vlaams-
Hollandse landmeter Jacob van Deventer.
Deze „geographicus" van de Koning van
Spanje had van laatstgenoemde de opdracht
gekregen, van elk der Nederlandse ommuur
de steden een schaalgetrouwe kaart te maken,
zodanig dat het Spaanse leger in staat werd
gesteld de strategisch sterke en - zwakke
punten van de stad uit deze plattegronden
te onderkennen, de invalswegen te weten.
Aan het streven van Philips II, het leger aan
aan goed kaartenmateriaal te helpen (Spanje
kreeg het wel te laat in handen) hebben we
de honderden prachtige stedekaarten te dan
ken, die in de twintigste eeuw werden her
ontdekt en door druk in handen van tien
duizenden kaartenliefhebbers zijn gekomen.
Tweehonderd en vijftig jaar later: Napoleon
Bonaparte wordt gewonnen voor de idee der
Physiocraten, dat alle rijkdom uit de bodem
voortkomt, en de grondbelasting de best-
denkbare belasting, mits geheven naar de
opbrengst van elk stuk grond afzonderlijk.
Voor en na kwam in elke staat van het vaste
land van West-Europa een perceelsgewijs
Kadaster tot stand. In Nederland werd tot
de hooiberg en de houten stadsschuur toe
alles op de kadastrale kaart gezet, wat de
moeite waard was op het plan te vermelden.
Ongeveer tezelfder tijd de triangulatie van
ons land door generaal Krayenhoff.
Na de Tweede Wereldoorlog.
Weer 150 jaar later: de afbakening der in-
vloedssferen, het IJzeren Gordijn met er vóór
èn er achter een ongekend grote activiteit
ook op het terrein van de landmeetkunde.
Er vóór: in Nederland een uitbreiding van
het landmeetkundig potentieel zo enorm, als
men de afgelopen anderhalve eeuw nog niet
had beleefd, een uitbreiding van de geodeti
sche koek zo groot, dat de eerste tientallen
van jaren alle zeilen moeten worden bijgezet,
om een achterstand in te halen. In België de
afkondiging van de algehele herziening der
perekwatie, in Frankrijk herkadastrering van
grote landsdelen. Oostenrijk schakelde de
meest moderne mechanismen en werkmetho
den in, om met de totstandkoming van een
kadastervernieuwing niet tot Sint-Juttemis te
moeten wachten.
En achter het IJzeren Gordijn? In de Duitse
Democratische Republiek, de Hongaarse
Volksrepubliek, in Polen, in het al vóór 1938
hoogontwikkelde Tsjecho-Slowakije? In Rus
land zelf?
Er is een duidelijk zichtbare samenhang tus
sen de landmeetkundige bedrijvigheden in de
Sowjet-Unie en die in de satellietstaten. Ook
hier is een geschiedkundige parallel te trek
ken met de Napoleontische tijd, met de
Spaanse tijd. Vooral met die van het begin
der negentiende eeuw, toen al wat met
Frankrijk verbinding had, ook op het gebied
van de landmeetkunde naar de pijpen van
Parijs danste.
Heinz Draheim wees het vorig jaar in het
oktobernummer van de Allgemeine Vermes-
sungsnachrichten al terecht op de omstandig
heid, dat de afgelopen jaren het werk van
Russische schrijvers op geodetisch gebied in