Grootste rail verkaveling
van Europa
Adit ministers op bezoek bij
ruilverkavelingen
62
Op maandag 12 oktober werd een aanvang
gemaakt met de werkzaamheden van de ruil
verkaveling in het Land van Heusden en Al-
tena. Volgend op de bijeenkomst in het dorps
huis te Meeuwen die daartoe te 15.00 uur met
genodigden en autoriteiten werd belegd, ver
richtte de Commissaris der Koningin in de
provincie Noord-Brabant, mr. dr. C. N. M.
Kortmann, het eerste grondverzet met de
dragline.
Zoals bekend, betreft de ruilverkaveling in
het Land van Heusden en Altena met een op
pervlakte van 14.000 ha de grootste van Eu
ropa. In mei van dit jaar werd de Plaatselijke
Commissie voor deze ruilverkaveling geïnstal
leerd, die onder voorzitterschap staat van mr.
G. A. Bax, Burgemeester van Andel.
Teneinde de investeringen voor de ruilver
kaveling, die op 52,— miljoen wordt be
groot, en waarin de belanghebbende eigena
ren voor 33 zullen bijdragen, het volle ren
dement te geven is voor dit gebied tevens een
z.g. streekverbeteringsplan gelanceerd, met
voorlichtingsaktiviteiten op breed terrein.
Bij de verleden jaar gehouden stemming werd
deze ruilverkaveling van kracht met voorstem
men van 85 van de eigenaren, vertegen
woordigende 75 °/c van de oppervlakte.
Bij de ruilverkaveling komen aan de orde:
grondverbetering, verbetering van de water
beheersing en verkaveling, herindeling van
grondbezit, boerderij-verplaatsing en aanleg
en verharding van landbouwwegen, aanslui
ting op utiliteitsnetten, krotopruiming, land
schapsverzorging, enz.
De werkzaamheden sluiten aan op een nieuw
wegenplan dat rekening houdt met in aanleg
zijnde en geprojecteerde Rijks- en Provinciale
wegen. Men hoopt dat ruilverkaveling „Land
van Heusden en Altena" in 1968 te hebben
voltooid.
Niet minder dan acht ministers hebben za
terdag 17 oktober 11. de gehele dag besteed
aan een uitgebreid bezoek aan het Gelderse
rivierengebied. Aan deze wel zeer bijzon
dere excursie naar de gebieden van de zo
genaamde komgronden, die met ruilverka
veling en andere cultuurtechnische werken
tot ontwikkeling worden gebracht, namen
alle ministers deel, die op enigerlei wijze bij
het beleid en de totale problematiek der cul
tuurtechnische werken in ons land zijn be
trokken. Naast minister-president De Quay
en de minister mr. Marijnen van Landbouw
en Visserij, waren dat de ministers van Fi
nanciën, Economische Zaken, Verkeer en
Waterstaat, Sociale Zaken en Volksge
zondheid, Volkshuisvesting en Bouwnijver
heid en van Maatschappelijk Werk. In het
gezelschap bevonden zich ook de Directeur
van het Kadaster en de Hypotheken mr. ir.
