48 af te lopen, weet hij van steile en lange taluds, van begroeide hellingen en van bazaltstort, enz. Zelfs de reuk hielp hem, de voorstelling vollediger te maken. Hij rook het gras, de zilte lucht en het wier en de bouwgronden. Daardoor weet hij van binnen- en buitendijks, enz. Het kostte hem veel meer moeite dan de ziende mens, daar die aan dit alles nog het gezichtsbeeld kan toevoegen. Maar daar het kijken minder moeite kost dan het klauteren, is de ziende mens al gauw geneigd het wat ge makkelijker op te vatten. Deze bekijkt de zaak alleen maar. Denk maar aan het gezegde: ,,Ik heb het al gezien." In derdaad: al gezien; d.w.z. vluchtig, oppervlak kig. Maar het zal wel geen betoog behoeven, dat een intensievere waarneming een helder der voorstelling ten gevolge zal hebben. Voor de fotogrammeter is het beslist noodza kelijk, dat hij als het ware de beschikking heeft over een zo groot mogelijk aantal heldere voorstellingen. Hij moet dus het terrein inten sief waarnemen en kan niet volstaan met even te kijken, maar hij zal ook door het terrein moeten lopen, over sloten springen en over dijken klauteren, enz. Zoals we reeds terloops even hebben opge merkt is in de natuur een voorstelling zelden Foto het resultaat van een enkele waarneming. Het gezicht, het gehoor, de reuk zowel als de tast zin zijn stuk voor stuk aan het waarnemen en zij vormen tezamen het waarnemingsbeeld. Meestal speelt wel een der waarnemingen een overheersende rol, maar dat neemt niet weg, dat de andere ook het hunne ertoe bijdragen om de voorstelling zo duidelijk mogelijk te ma ken; om de voorstelling als het ware af te maken. Zijn nu eenmaal door directe waarnemingen de voorstellingen gevormd en ,,in de schatka mer van de geest" ter bewaring opgeborgen, dan kunnen deze voorstellingen op diverse manieren weer in het bewustzijn teruggeroe pen worden: 1Een directe waarneming roept een in de geest reeds aanwezige voorstelling weer op. We zien wéér een dijk, en dat heeft tengevol ge, dat de in onze geest aanwezige voorstel ling van een dijk in het bewustzijn terugge roepen wordt. We zien verschillen en overeen komsten tussen het direct waargenomen ob ject en de voorstelling: ,,Hè, wat eigenaardig verloopt dat hier", of: ,,Zie je wel, ook hier weer zo n ronde rug", enz. Door telkens weer meer en andere dijken waar te nemen, wordt de voorstelling: ,,een dijk" ruimer. Interessant is het hierbij op te merken, dat we niet in staat zijn ons iets onbepaalds voor te stellen. Stel len we ons een „mens" voor, dan stellen we ons een bepaalde mens voor. Heeft u n.l. een heldere voorstelling van „een mens", dan kunt u details beschrijven, maar dat zijn dan details die bij een bepaalde persoon behoren en die u eerder reeds direct heeft waargenomen. 4 2. Ook door associatie kunnen voorstellingen in het bewustzijn geroepen worden. Wanneer twee voorstellingen dikwijls samen in het bewustzijn zijn geweest door directe waarneming, dan zal, wanneer een dezer voor stellingen opnieuw in het bewustzijn treedt door een waarneming, ook de andere voorstel ling als het ware automatisch in het bewust zijn komen. Denk maar aan de combinatie sloot-dam-water-brug. Zien we een brug, dan wordt deze voorstelling door het directe waar nemingsbeeld opgeroepen. Maar tevens treedt

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1959 | | pagina 4