elk der deeltekeningen legde hij de afmetin
gen in treden vast, legde tevens een soort rui-
tennet over de op schaal getekende detail
studies, die hij later overbracht op een kleine
re schaal in de definitieve werktekening,
waarop ook een ruitennet gesteld was. Voor
de verkrijging van de .luchtfoto" beklom hij
uiteraard de hoge toren van de stad en zo
uiterst nauwkeurig trachtte hij de werkelijk
heid van onze luchtfoto te benaderen, dat hij
tot in kleine details de gevels der huizen, b.v.
het hek van Jan Bickers Hofstee natekende.
Was het resultaat een veel nauwkeuriger
stadsplattegrond dan die, welke Blaeu kort te
voren, n.l. in 1649 in zijn ,,Toonneel der ste
den van de Vereenighde Nederlanden en
's Konings Nederlanden'' had opgenomen,
Daniël van Breen kon er zo kort na de uitgave
van Blaeu's stedeboek geen drukker voor vin
den. En zo kwam zijn werk anoniem terecht
in de verzameling-Bodel Nyenhuys, tot in
1940 de toenmalige burgemeester van Bever
wijk, mr. Scholtens, het als een kaart van Van
Breen kon identificeren. De 62 detailkaarten
gingen de eeuwen door een onbekende weg,
tot omstreeks 1900 de toenmalige Rijksarchi
varis Gonnet ze onder ogen kreeg en er geluk
kig een fotocopie van liet maken. Gelukkig,
omdat deze u en mij in de gelegenheid stel
den een wat diepere blik te werpen in de me
thodiek van het kaartmaken in de gouden tijd,
nu drie eeuwen geleden.
Wh 24. Ajsril ft? t S4S -
75
mmmmmsmmms.
Tot in onderdelen zorgde Van Breen voor een perfecte afwerking
van de vogelvluchtkaart van Beverwijk.