6
Artikel 5 bepaalt, dat als na het tot stand
komen van de ruilverkavelingsovereenkomst
blijkt, dat is deelgenomen door partijen die
geen eigenaren waren, doch bij het kadaster
als zodanig bekend stonden, de overeenkomst
rechtsgeldig tot stand gekomen is en de wer
kelijke eigenaar treedt in de rechten en ver
plichtingen van degene die tot de overeen
komst is toegetreden.
Een zeer belangrijke bepaling is artikel 6,
luidende: „Men kan mede tot een ruilverkave
lingsovereenkomst toetreden, teneinde tegen
inbreng van geld, kavels of tegen inbreng van
van onroerend goed een geldsom te bedin
gen."
Hiermede wordt de mogelijkheid geschapen
goederen via de ruilverkavelingsovereenkomst
over te dragen en daarmede te profiteren van
de voordelen betreffende zegel- en registra
tiekosten, terwijl tevens hierdoor de mogelijk
heid ontstaat gronden voor wegverbetering en
dergelijke aan openbare lichamen toe te delen.
Hierop komen we later nog terug.
Artikel 7 biedt de mogelijkheid in de ruilver
kavelingsovereenkomst de bepaling op te ne
men, dat de bepalingen van de derde titel van
de wet van toepassing worden verklaard op
de ruilverkavelingsovereenkomst. Deze bepa
ling is pas van kracht na goedkeuring door de
Minister van Landbouw en Visserij, welke
goedkeuring vereist is op grond van het feit
dat het Rijk door deze toepasselijkverklaring
gebonden wordt in verband met de mogelijk
heid de kosten in de vorm van een ruilver
kavelingsrente te betalen, ter bescherming van
derden en om ontduiking van zegel- en regi
stratierechten tegen te gaan.
Het 2e lid van artikel 7 bepaalt uitdrukkelijk,
dat de bepalingen van de derde titel, die be
trekking hebben op de pacht, niet van toe
passing kunnen worden verklaard. De pach
ter is bij de ruilverkavelingsovereenkomst dus
geen partij, zodat de gevolgen die ten aan
zien van de pacht uit de door de eigenaar
gesloten ruilverkavelingsovereenkomst voort
vloeien, tussen deze en de pachter onderling
moeten worden geregeld.
Artikel 8 tenslotte bepaalt dat na goedkeuring
door de Minister van Landbouw de van toe
passing verklaarde artikelen van de wet
dezelfde rechtsgevolgen hebben als bij de
wettelijke ruilverkavelingen, en de daarin
aangewezen autoriteiten, colleges en ambte
naren op overeenkomstige wijze hun mede
werking verlenen.
Wij zullen nu eerst eens nagaan, welke wets
artikelen in het algemeen van toepassing wor
den verklaard en wat de gevolgen daarvan
zijn.
Krachtens de toepasselijkverklaring van arti
kel 28, lid 2 en 3 gaan de hypotheken en
beslagen met behoud van hun rangorde over
op de in de plaats van de percelen waarop ze
rusten komende nieuwe kavels.
Oorspronkelijk werd artikel 79 lid 6 toepasse
lijk verklaard voor het onttrekken van wegen
aan het openbaar verkeer en de openbaarheid
van nieuwe wegen. Daar er echter bij de
ruilverkavelingsovereenkomst geen plan van
wegen en waterlopen is, dat ter visie wordt
gelegd en door Gedeputeerde Staten vastge
steld, is deze methode minder gewenst. In de
plaats hiervan wordt thans in de overeen
komst de bepaling opgenomen, dat de in
het blok voorkomende wegen in eigendom
worden toegewezen aan de Gemeente onder
gehoudenheid de openbaarheid daarvan te
regelen overeenkomstig de bepalingen van de
Wegenwet, alsmede deze wegen in beheer en
onderhoud te nemen.
Krachtens artikel 95, lid 2 en 4 wordt aan de
toedelingsakte een kaart gehecht, waarop de
toe te delen kavels zijn aangegeven met num
mers en mag in deze akte de aanduiding van
de toe te delen kavels geschieden met de op
deze kaart vermelde nummers.
Artikel 115 wordt toepasselijk verklaard voor
zover het de kosten van Centrale Cultuur
technische Commissie en Kadaster betreft
teneinde te bereiken, dat de medewerking van
deze diensten en instellingen kosteloos ge
schiedt. Een gevolg hiervan is bijvoorbeeld,
dat de voor de voorbereiding van een Ruil
verkavelingsovereenkomst nodige extracten
uit het kadastrale plan en de kadastrale leg
ger, alsmede eventuele reprodukties van
kadastrale plans en onderzoek naar hypothe
caire bezwaardheid wel eerst door de instel
ling, die met de voorbereiding wordt belast
dienen te worden betaald, doch dat deze kos
ten bij tot stand koming van de ruilverkave
lingsovereenkomst binnen een zekere termijn
op grond van de toepasselijkverklaring wor
den gerestitueerd zodra de goedkeuring van
de Minister van Landbouw en Visserij op de
overeenkomst is verkregen.