optiócke dfótcinclmetincj Enige ervaringen met P6ó/ 2 3 <87,55 87M 70,37 388,67 350,67 3//72I /3y} oo4J 87,67 87,67 88,2/ 87,55 87,66 70,38 8/, 88 t" 8b ,30 88,83 7 17,26 -■07378,36 -07372,62 -67376,20 -67371,67 -37266,88 -37/7/,87 -37/75,03 -37/72,67 78,83 77,36 65.88 6/07 378,56 137,0075 65,88 66,OJ 3- 66,26 6/,6s - 16,57 -/7,63 -670/6,26 -676/8,85 -37223,72 -37226,56 74 door J. F. van Weelden, techn. hoofdambtenaar bij de dienst van Openbare Werken en Volkshuisvesting der gemeente Dordrecht Wanneer men een detailmeting moet verrich ten ten behoeve van het vervaardigen van een situatiekaart van een druk verkeerspunt, zal het gebruik van de meetband dikwijls be zwaarlijk zijn (gevaar voor mensen en mate riaal). Van een dubbelbeeldafstandmeetuitrusting, toegevoegd aan de theodoliet, kan in zo'n geval dankbaar gebruik worden gemaakt. Men stelt de theodoliet op boven een in co- ordinaten bekend punt en meet achtereenvol gens de richting naar elk der gevraagde pun ten, terwijl men de afstand op de horizontale baak afleest; tevens dient een oriënterings richting te worden gemeten. Aangezien het hier een detailmeting betreft behoeft men niet te voldoen aan de eisen, die voor de richtingsmeting bij polygonering gelden. De oriënteringsrichting kan worden genomen naar een bekend punt, dat op vol doende afstand is gelegen in verhouding tot de afstand naar de gevraagde punten, terwijl het voldoende is alleen deze richting een tweede maal af te lezen. Aangezien afstanden tot ongeveer honderd meter afgelezen kunnen worden is het voldoende de richtingsmeting tot op centigraden nauwkeurig te doen. Dikwijls is het mogelijk voor controle de no dige eigen maten met de band te meten; gaat dit niet, dan dient men de meting vanuit een ander punt te herhalen. Meet men met een niet-zelfreducerende apparatuur, d.w.z. dat men bij hoogteverschil tussen standplaats en op te meten punt de afstand langs de helling afleest (en dus niet direct de horizontale af stand), dan dient men tevens de verticale rand van de theodoliet af te lezen. Een dienst die overwegend in vlak terrein werkt, zal weinig behoefte hebben aan de zelfreducerende apparatuur; het is n.l. zeer eenvoudig om de baak op dezelfde afstand boven de grond op te stellen als de theodoliet. Waarnemer: Wayenaor Instrument: Kern ConstanteC: 7 000/2 Standpunt: S X= -6,y/,S0,50 Y=-3720753 Bijzonderheden Zie veldw. nr. /08~2Ó i Voorwerp 2 Verthoek# 3 4 Gemeten 5 <f- CC 6 argument <fj 7 «c/'sin j$ 8 9 Coördinatenverschillen 10 11 Coördinaten afstand richting oc sin y l COS IfJ X Y 1 1 1 1 100, J8 too, yj /O 0,65 0,0030 /3 7,00/5 7 /6 ,/0 7- /b ,66 1 1 /3 /6 PU/ 3/5,22 0,0030 /3f,0045 /6,22 /'7,56

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1960 | | pagina 14