99
trekpen wordt aangeraaktrecht omdat de
afstand van de penpunten tot aan de drie
hoek constant blijft.
Voor het vasthouden van de trekpen zij
verwezen naar figuur 5 op blz. 19 van het
reeds genoemde boek Landmeetkundig te
kenen.
3. Het voortbewegen van de trekpen dient
met eenparige snelheid te geschieden.
Hierdoor worden verdikkingen in de uit
einden van een getrokken lijn voorkomen.
4. Begin en eindig precies op een geprikt
gaatje (kaarteerpunt)zonder daarbij
wenk 2 te verwaarlozen.
De steroefening leert twee kaarteerpunten
rechtlijnig verbinden met een nauwkeurigheid
van 0,1 mm. En dit is een eis welke o.a. aan
het inkten van grenzen op kaarteringen welke
voor groottebepaling bestemd zijn, gesteld
moet worden. Is een dergelijke kaartering op
schaal 1 1000 uitgevoerd, dan betekent een
onnauwkeurigheid van 0,1 mm of meer in een
geïnkte grens van b.v. 100 meter terreinlengte
reeds een fout van minstens 5 ca. Is de schaal
van kaartering 1 2500, dan wordt de opper-
vlaktefout zelfs meer dan 12 ca.
Een doorbuiging van de getrokken grenslijn
kan het gevolg zijn van een „kromme" drie
hoek. De zijde van de driehoek waarlangs de
grens getrokken wordt, moet zuiver recht zijn.
Dit kan gecontroleerd worden door langs deze
zijde een scherpe (dunne) potloodlijn te trek
ken, de driehoek een halve slag te draaien en
dezelfde lijn nog eens te trekken zo dat de uit
einden met die van de eerst getrokken lijn
samenvallen. De afwijking tussen de middens
van beide lijnen geeft de dubbele fout in het
recht zijn van de driehoekszijde weer.
b. Als tweede oefening in het lijntekenen met
tekengereedschap is het volgende aan te be
velen.
Kopieer, alweer op goed tekenpapier, met een
dunne potloodlijn een kadastrale figuratie
schaal 1 2500, daarbij gebruikmakend van
een lichtbak of kopieerspiegel. Voor het nauw
keurig kopiëren kan verwezen worden naar
de daartoe gegeven richtlijnen in hoofdstuk
I A van Landmeetkundig tekenen. Het ver
dient echter aanbeveling om niet met een 8 H,
maar met een 2, 3 of 4 H potlood te werken
om krassen in het papieroppervlak te voor
komen.
De potloodtekening wordt geïnkt met lijnen
van gelijke dikte (kleur); rechte lijnen langs
een driehoek, gebogen lijnen met behulp van
een mal, en cirkeltjes met een orleonpasser.
Belangrijk is daarbij goed te letten op de aan
sluitingen, zowel bij de voortzetting van een
zelfde lijn, als wel bij twee verschillende lij
nen.
Indien het resultaat niet voldoende is, wordt
de oefening herhaald, bij voorkeur als kopie
van een ander kadastraal kaartbeeld.
Wenken:
1In een met behulp van een mal getekende,
vloeiend gebogen lijn mogen uiteraard
geen knikken, hoe gering ook, voorkomen.
Om dit te bereiken wordt de mal steeds
samenvallend met een voorafgaand, reeds
getekend lijnstukje gelegd, alvorens een
volgend gedeelte getrokken wordt.
2. Bij het schrijven wordt met het schrijfge
reedschap een lichte druk op het papier
uitgeoefend.
Bij het tekenen met de trekpen of orleon
passer dient het drukken juist vermeden te
worden. Het is zelfs raadzaam het ge
wicht van het gereedschap iets op te hef
fen, zodat als het ware de inktdruk op het
tekenpapier gelegd wordt. Dit bevordert
het verkrijgen van een zwarte, goed ge
dekte lijn, hetgeen vooral bij het werken
op transparante materialen als calqueer
linnen een eerste eis is.
3. Zet bij gebruik van een orleonpasser het
tekenbord horizontaal, en draai de passer
rustig éénmaal rond, nauwkeurig eindi
gend daar waar de cirkel is begonnen.
Denk hierbij vooral aan het vasthouden
van het gewicht van de passer.
Draai nooit een aantal cirkels over elkaar
heen; bij de volgende draaiing wordt de
nog natte inkt van de voorafgaande cirkel
weggenomen, waardoor de inktlijn grijs
kan worden. Bovendien veroorzaakt het
vele draaien een dieper indringen in het
papier, hetgeen een ernstig bezwaar bij
later wegraderen betekent.
c. Als derde oefening is aan te bevelen het
calqueren van een kadastrale figuratie op
kodatrace of permatrace. Hierbij dient dan
een in potlood of als grijsdruk (witdruk) uit
gevoerde figuratie als achtergrond gebruikt te
worden, Is n.l. de figuratie met oostindische