19
De calque afwerken en beschrijven als volgt:
1. een rechthoekig kader van 15 X 20 cm
aanbrengen.
2. een noordpijl in de linker benedenhoek.
3. het signatuur bandijk, dijk en kade, ieder
over een afstand van 2 cm.
4. de nummers 973 en 974 in de kilometer-
raaien en de nummers 426, 427 en 428 bij
de driehoekspunten.
5. de aanduidingen Oude Maas en
Krabbewieling
6. het opschrift RIVIERKAART schaal
1 10.000
N.B. De aanduiding Oude Maas uitvoe
ren in Romeins schrift, de andere beschrijving
in blok- en draadschrift, naar eigen inzicht.
(Een afbeelding van deze rivierkaart is niet
opgenomen.)
Lustrumboek Snellius 1955-1960)300 blz.,
15 X 23 cm. Prijs 12,50. Besteladres: Land
meetkundig Gezelschap „Snellius", Kanaal-
weg 4, Delft, postrekening 104832, onder ver
melding „Lustrumboek".
Zoals reeds in het oktobernummer van de vo
rige jaargang werd aangekondigd heeft het
Landmeetkundig Gezelschap „Snellius", de
vereniging van geodetische studenten, ter ge
legenheid van zijn 4e lustrum een boek uit
gegeven, dat gewijd is aan de instrumentatie
van de geodeet. Nu dit werk verschenen is
kunnen we constateren, dat de in deze aan
kondiging uitgesproken verwachtingen niet
zijn beschaamd. Het is geworden tot een in
teressant overzicht van de instrumenten die
tegenwoordig ter beschikking staan bij de uit
oefening van ons werk en van de mogelijkhe
den, die deze bieden. Het zou te ver voeren
om alle opgenomen artikelen te behandelen en
ik hoop dat dit voor onze lezers eigenlijk ook
niet nodig zal zijn, omdat ze zelf het boek
reeds hebben aangeschaft. Voor wie dit niet
hebben gedaan raden we aan het alsnog te
doen en daarmede niet te wachten, daar de
oplage beperkt is.
Als hulde aan de man aan wie het gezelschap
zijn naam ontleent opent het boek met 'n stu
die over het leven en werken van Willebrord
Snel van Royen door N. D. Haasbroek. Naast
het interessante van dit artikel uit een oogpunt
van historie is het tevens een opvallende te
genstelling t.o.v. de rest van de inhoud van
het boek, als we zien met welke hulpmiddelen
Snellius zijn basismetingen moest verrichten
en zijn berekeningen uitvoeren en de moge
lijkheden die de moderne instrumenten bieden.
In het volgende deel van het boekwerk vin
den we dan achtereenvolgens artikelen over
diverse instrumenten. Eerst een artikel over
„De ontwikkeling van de landmeetkundige in
strumenten door E. Berchtold, waarin deze de
ontwikkeling van de Wild-instrumenten ge
durende de laatste 50 jaar beschrijft.
Prof. Ir. G. J. Bruins vertelt in „Lengte- en
basismeting" een en ander over de daarvoor
gebruikte methoden en hun nauwkeurigheid,
terwijl Ir. M. Haarsma in „Hoekmetingen" de
problemen behandelt, die zich daarbij voor
doen en de instrumenten, die daarvoor be
schikbaar zijn.
In „Hoogtemeten en Waterpassen" behan
delt Ir. A. Waalewijn de verschillende wijzen
waarop de hoogteligging van een terreinpunt
kan worden bepaald.
Moderne meetmethoden en de daarvoor be
schikbare instrumenten worden besproken
door Ir. C. de Munck in het hoofdstuk over
„Elektronische afstandmeting" en Th. Ver-
stelle in „Radioplaatsbepaling ten behoeve
van kaartering".
Ir. Rolff bespreekt vervolgens in „Geodeti
sche astronomie" de metingen op hemellicha
men en Prof. Dr. Ir. F. A. Vening Meinesz
de „Toestellen voor zwaartekrachtmeting te
land en ter zee", terwijl de nieuwste geodeti
sche meetmethoden ter sprake komen in
„Vormbepaling van de aarde door middel van
waarnemingen van aardsatellieten", eveneens
van de hand van Ir. J. Rolff.