fijn vilt, zorgvuldig geprepareerd, overdekt
met witte verf en daarop zijn in helder geel,
rood, groen en blauw en bruin de figuurtjes
(in zwarte contouren) getekend.
Over de belastingen in de middeleeuwen
wordt een en ander gezegd in een studie van
Aly Mazahéri „Zo leefden de Mos
lims in de middeleeuwen" (uitg.
Hollandia N.V., Baarn, 1959), van welk
werk de oorspronkelijke titel luidt: La vie
quotidienne a Babylone et Assirie. In hoofd
stuk IV Staat en Maatschappij zegt de
schrijver: Het oude Islamitische recht kende
slechts drie kanonieke belastingen: de grond
belasting of oesjr van 10 de sociale-ver-
zekeringsbijdrage of sadaka, die alleen mos
lims hadden te voldoen en het hoofdgeld, dat
de minderheden moesten betalen als vervan
ging voor de dienstplicht...
De bevolking droeg de schatting af in de zo
mer, na de 11e juli volgens de Juliaanse ka
lender. Deze dag had de kalief Moetadid in
894 tot begindatum van het agrarisch jaar
verklaard. Hij heette daarom ook wel Moeta-
dids Nieuwjaarsdag.
De grondbelasting verschilde sterk van
streek tot streek, daar er bij de bepaling van
het bedrag rekening werd gehouden met de
vruchtbaarheid van de grond. Ieder jaar, als
het tijdstip voor de afrekening naderde, on
dernam de belastingontvanger in gezelschap
van een landmeter, die de grootte van de lan
derijen moest schatten, en enige politieagen
ten een inspectietocht door zijn ressort (zie
hiervoor ook H. F. Amedroz: Miskawaih I,
blz. 30 en van dezelfde een art. in The Jour
nal of the Royal Asiatic Society 1913, blz.
823—842).
Kon iemand zijn belasting niet voldoen, dan
werd er beslag gelegd op zijn eigendommen
of men nam hemzelf in hechtenis. Het slacht
offer kon de belastingambtenaren aanklagen
bij een „misstandengerecht". Landerijen die
mechanisch konden worden bevloeid, wer
den aangeslagen op 67 van de opbrengst,
de andere op 50
Folteringen van (niet)belastingbetalers wa
ren in deze 9e eeuw aan de orde van de dag.
Later verdween dit terreursysteem. De ge
bruikte maten waren nog meer variabel dan
de belasting. De officiële el was 24 duim;
een duim was gelijk zes naast elkaar liggen
de gerstekorrels; een gerstekorrel werd gelijk
verondersteld aan zes naast elkaar liggende
haren uit de staart van een muilezel.
Wij noteerden uit „O p zoek naar de ho
rizon" (de vroegste ontdekkingsreizen der
mensheid) van Paul Herrmann, in het Neder
lands bewerkt door Jan Vrijman, uitg. Mij.
W. de Haan N.V. 1954, op blz. 62 het vol
gende:
...Alexander de Grote, de koning van Mace
donië, voerde op zijn ononderbroken krijgs
tochten, die hij reeds op 22-jarige leeftijd be
gon, een staf van wetenschapsmensen mee:
historici, landmeters, cartografen, ingenieurs
en militaire artsen. En deze kwamen hem
zeer van pas, toen hij in onbekende gebieden
aankwam... En vijfhonderd jaar later liggen
dan de notities van Alexanders geschied
schrijvers, aardrijkskundigen en cartografen
op de schrijftafel van de Romeinse generaal
Flavius Arrianus, die de reizen en het leven
van de grote Alexander beschrijft.
In het weekblad ,,De Uitkijk'' van 9 mei 1959
15e jg., nr. 19 wordt verteld, dat men
uit de maag van een te Utrecht geslachte koe
een gouden ring opviste, gemerkt: Mien
31-12-'44. Een korte mededeling hierover
verscheen in de kranten en dit had tot gevolg,
dat binnen een week de ring weer prijkte aan
de vinger van zijn eigenaar, de heer G. N.
Foppen, landmeettechnicus, die hem waar
schijnlijk het vorige jaar verloren had, toen
hij in de weilanden bij Leiden zijn werkzaam
heden verrichtte.
In de wel algemeen bekend geworden roman
„Dokter Z jivago" van de Russische
schrijver en dichter Boris Pasternak trof mij
de beschrijving op blz. 4 in het eerste deel...
Met gebogen armen stonden de tarwehalmen
in het gelid in de windstilte of verhieven zij
zich in schoven een eindje van de weg, waar
zij bij lange aanschouwing de gestalte aan
namen van bewegende figuren, alsof er aan
de horizon landmeters iets liepen te note
ren...
Uit: Jef Last, Zo zag ik Indonesië
(uitg. N.V. Uitgeverij W. van Hoeven, 1956)
blz. 5/6. Grootpa Frans kwam uit een nest
kleine Brabantse keuterboertjes. Een land
meter, die de intelligentie opmerkte van de
jongen, die hem zijn gereedschap achterna
droeg, bood aan, hem op zijn kosten op te
laten leiden. Hij had het in korte tijd gebracht
tot ingenieur bij het kadaster. Hij is getrouwd
met juffrouw van der Made.
95