over te gaan. Het betreft hier meestal gebie den van geringere omvang dan bij de wette lijke ruilverkaveling en met minder eigenaren, hoewel ook bij deze vorm van ruilverkaveling de omvang der blokken groter wordt en daar door de ruilverkaveling ingewikkelder. In ver band met de grote behoefte aan ruilverkave ling is het met deze methode tevens mogelijk het aantal ha per jaar nog meer op te voeren, daar deze ruilverkavelingen niet bij de ge noemde 40.000 ha zijn inbegrepen (zie de brief van de Minister van Landbouw en Vis serij in Geodesia nummer 5 en het Jaarverslag van de C.C.C. over 1960), al moeten de kos ten wel uit het totale voor de eerstkomende drie jaren voor ruilverkavelingen beschikbare bedrag worden bestreden. Verder biedt deze vorm van ruilverkaveling voordelen bij aanleg van grote rijkswegen e.d. daar men niet aan de maximale toedelingsnorm voor openbare lichamen is gebonden. Met de totstandbrenging en uitvoering van deze ruilverkavelingsovereenkomsten, ook wat het landmeetkundig gedeelte van het werk be treft, belasten zich de Nederlandsche Heide maatschappij te Arnhem en de N.V. Grontmij te De Bilt. Beide hebben een brochure het licht doen zien, respectievelijk „Vrijwillige Ruilver kaveling" en „Ruilverkaveling bij Overeen komst", waarin zij een overzicht geven van het doel en de voordelen van de ruilverkave ling in het algemeen, en in grote lijnen de gang van zaken uiteenzetten bij de vrijwillige ruil verkaveling. Hierbij wordt niet vergeten te verwijzen naar verschillende artikelen in de Ruilverkavelingswet 1954. De brochure van de Nederlandsche Heidemaatschappij bevat 11 in vierkleurendruk uitgevoerde voorbeel den van verschillende types ruilverkavelings overeenkomsten, alsmede een overzicht van hetgeen door genoemde maatschappij reeds op dit gebied tot stand werd gebracht. In het boekje van de Grontmij treffen we een drietal eveneens in kleuren uitgevoerde voorbeelden aan, terwijl dit verder verlucht is met diverse mooie foto's. Belanghebbenden wordt aangeraden kennis te nemen van de inhoud van deze brochures, die genoemde maatschappijen u op aanvraag zeker gaarne zullen zenden, terwijl we u tevens verwijzen naar de artikelen over dit onderwerp in de nrs. 1 blz. 5 en 9 blz. 169 van de jaargang 1960 van Geodesia van de hand van collega M. L. Veen. Zij zullen er reeds een antwoord vinden op tal van vragen, die bij hun zijn gerezen. C. A. C. B. Geen vrees voor provinciale doorkruising van het urgentieschema voor ruilverkavelingen De provinciale besturen is niet verzocht extra bijdragen te verlenen ten behoeve van de uit voering van ruilverkavelingen in de zin van verbeteringen van algemeen belang wegen, beplantingen tevens een aanvullend sub sidie betekenende ten behoeve van de be trokken particuliere eigenaren. Dit deelt mi nister Marijnen mede in antwoord op vragen van het Tweede Kamerlid, de heer Egas. Zoals reeds gezegd in de memorie van toe lichting voor het dienstjaar 1960 '61 van zijn departement, wordt gestreefd in de toekomst omstreeks 10 van de totale ruilverkave lingsinvesteringen, gezien de belangen van derden, uit bijdragen van andere rijksinstan ties, provincies, gemeenten en waterschappen te verkrijgen. Er bestaat op grond hiervan geen vrees voor de mogelijkheid van een con currentiestrijd tussen provincies, die het alge mene urgentieschema zouden kunnen door kruisen, aangezien dit schema onafhankelijk is van dit streven naar de zogenaamde „bij dragen van derden". In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de sedert 30 september 1960 door Gedeputeerde Staten goedgekeurde ruilver kavelingsplannen. 143 Ruilverkaveling Provincie Opp. in ha Investering per ha Bijdrage van de provincie en de motivering^daarvan Schuinesloot- Lutterscheiding Overijssel 4630 3.393,- geen Warnsveld Gelderland 8660 2.129,— ƒ199.420,zijnde het niet door een rijksbijdrage en de bijdragen van belanghebbenden gedekte gedeelte van het gekapitaliseerde exploitatietekort van de drinkwatervoor ziening Munstergeleen- Limburg 2997 2.511, geen Schinveld

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1961 | | pagina 13