een landmeet kundige kracht 171 rige waarde tussen 5 cm en -\-5 cm. In prin cipe dient het verticale voor- en achtervlak van het prisma loodrecht op de oorspronke lijke vizierlijn te staan, terwijl de draaiing om een as evenwijdig aan, of samenvallend met de vizierlijn moet gebeuren. Kleine afwijkin gen van deze montage-eisen veroorzaken zo danig geringe extra evenwijdige verschuivin gen van de vizierlijn, dat zij voor de regeling van het waterpasinstrument onschadelijk zijn. Dit voorzetprisma is gepatenteerd (fig. 12). De meting gaat nu als volgt: Het waterpasinstrument (een automatisch- of een niveauinstrument) voorzien van het voor zet prisma, wordt opgesteld. De NAP-baak wordt geplaatst op een punt waarvan de hoogte bekend is. Nu wordt het voorzetpris ma zo gedraaid dat de goede centimeter- en millimeteraflezing wordt verkregen; daarna beduidt men de baakhouder hoeveel decime ters c.q. meters de band verschoven moet worden, en de opname van de terreinpunten kan beginnen. De hele instelling kost, na het opdoen van enige ervaring, ca. 10 seconden. Nog even iets over de relatieve voordelen door deze methode verkregen. Hierboven zagen we, dat de opname iets langer duurt, per instrumentopstelling ongeveer 10 secon den. Dit is echter zo weinig, dat het mag worden verwaarloosd, temeer omdat de over zichtelijkheid voor de waarnemer veel beter is geworden. De berekening vervalt helemaal, wat op het kantoor ongeveer 1 Yi uur Per ploegdag buiten bedraagt. De foutenbron, die de berekening was, verdwijnt, terwijl de con trole dezelfde blijft: boven- en onderdraad kunnen nog afgelezen worden. De overzich telijkheid wordt zowel voor de uitwerker als voor de opnemer veel beter; de opnemer heeft onmiddellijk een inzicht in de uitkomsten van zijn metingen, zodat het later overmeten wordt vermeden. Bij een eventuele fout kan hij terstond de meting herhalen. De uitwerker is meteen in het bezit van alle hoogten, zodat hij geen rekening hoeft te houden met zg. wisselpunten (gemeenschappelijke punten in twee opeenvolgende instrumentopstellingen). Al met al wel een winst, die het ruimschoots verantwoord maakt, een NAP-baak -j- voor zetprisma aan te schaffen voor vlakte- en pro fielwaterpassingen. Nadere inlichtingen kunnen worden verkre gen bij de firma W. v. d. Kamp, Van Die- menstraat 1113, Den Haag. Literatuur: Brode, Zeitschrift für Vermessungswesen 1885 blz. 251. Ir. H. J. Lawaetz, Zeitschrift für Vermessungswesen 1914 blz. 105—106. Lips, Zeitschrift für Vermessungswesen 1931 blz. 458 t/m 466. Bij de Provinciale Waterstaat van Gelderland kan worden geplaatst een landmeetkundige kracht. Vereist is het diploma H.T.S. (afd. Landmeetk.) diploma Landmeettechnicus N.L.F. of gelijkwaardige opleiding. Enige ervaring strekt tot aanbeveling. Aanstelling, afhankelijk van opleiding, leeftijd en ervaring, in de rang van adjunct-technisch- ambtenaar of technisch-ambtenaar. Salarisgrenzen van f 338,tot f 626,p.m., exclusief de compensatie A.O.W. en de huurcompensatie. Uitsluitend schriftelijke sollicitaties te richten aan de Directeur-Hoofdingenieur van de Provinciale Waterstaat van Gelderland, Provinciehuis, Markt 11, Arnhem.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1961 | | pagina 15