234 Verdere gegevens: lengte 43 cm; hoogte 22 cm; gewicht 6,2 kg; vergroting 44 x; coïncidentieniveau met een hoekwaarde van 10" per interval van 2 mm, zichtbaar door het oculair of links van de kijker (in het instru ment bevindt zich hiertoe een omschakel- mechanisme) optische micrometer (planparallelle plaat) met een max. bereik van 0,5 cm; vrije objectiefdiameter 56 mm. Het instrument bestaat uit één geheel, waar bij de optische micrometer en het buisniveau zijn ingebouwd. Het doosniveau is vervangen door twee lood recht op elkaar staande buisniveaus (9), met een hoekwaarde van 2' per interval van 2 mm. Dit is noodzakelijk geworden, doordat de spoed van de kipschroef zeer fijn is uitge voerd. Immers des te nauwkeuriger de eerste as ver tikaal is gesteld, des te minder behoeft de kijker bij het inspelen gekipt te worden. Om te komen tot een juist inzicht van de nauwkeurigheid werden twee kringwaterpas singen uitgevoerd, één met behulp van 2 in- varbaken van 3 meter en bouten als hoogte- merken en één met perspexplaatjes als hoogte- merken, beide door twee waarnemers. Deze hoogtemerken maken deel uit van twee objecten van deformatiemeting. Het onderzoek is op dezelfde manier gedaan als t.b.v. het nauwkeurigheidsonderzoek van de Wild N3. Voor de beschrijving van de op zet der metingen verwijs ik naar mijn artikel in het maartnummer van Geodesia. De standaardafwijking per km enkele water passing bedroeg bij de kringwaterpassing met bouten als hoogtemerken fi 0,45 tegen n 0,76 met de Wild N3. Bij de tweede kring waterpassing met plaatjes als hoogtemerken vond ik fi 0,28 tegen 0,28 met de Wild N3. Hieruit blijkt, dat bij slagen onder de 10 m, zoals bij de plaatjes veelal het geval is, de nauwkeurigheid gelijk is aan die van de Wild N3. Bij slagen boven de 10 m blijkt duidelijk de grote nauwkeurigheid van de Ni 004. Deze grote nauwkeurigheid wordt veroor zaakt door de robuste en toch bijzonder fijne uitvoering. De fijne spoed van de kipschroef garandeert een zeer precieze inspeling van de bel. Het feit, dat de bel zichtbaar is in het oculair, is een wezenlijk voordeel. De kruisdraad is zeer fijn uitgevoerd. Het instrument lijkt mij zeer goed bestand tegen ontregeling, ofschoon de proefperiode te kort was om hierover een juist oordeel te vormen. De spoed der stelschroeven en centrale instel lens kunnen m.i. wel wat grover uitgevoerd worden. Dit zou het tempo der werkzaam heden ten goede komen. Door de robuste bouw is de stabiliteit van de ingespeelde bel, ook bij vrij krachtige wind, groot; de vlotheid van werken wordt er daarentegen enigszins door gedrukt. Speciaal met het oog op defor matiemetingen moet ik zeggen, dat de 0,5 cm- uitvoering van de planparallelle glasplaat voor de waterpassing van de plaatjes een wezenlijk nadeel is. Het instrument moet immers zodanig opge steld worden, dat de streep van het plaatje, met ingespeelde bel, door draaiing met de planparellelle glasplaat bereikbaar is. De marge is slechts 0,5 cm. Bovendien is bij een hoogteverschil van twee opeenvolgende plaatjes, ontstaan door verzakking, van meer dan 0,5 cm reeds een tussenpunt nodig. Dit kan ondervangen worden door het toepas sen van de plaatjes, uitgevoerd met meerdere streepjes op onderlinge afstand van 0,5 cm. Dan resteert slechts het nadeel, dat moeilijk in twee opeenvolgende opstellingen op de zelfde streep gericht kan worden. De 3 meter-invarbaken zijn zeer nauwkeurig, doch met het oog op de vele opstellingen der baken bij deformatiemetingen, nogal onhan dig in het gebruik. Baken, uitgevoerd met een streepverdeling van één mm in één verti cale lijn en daarmee gepaard gaande kortere en lichtere uitvoering, verdienen hierbij de voorkeur. Om tot een inzicht te komen hoe het instru ment reageert op snelle temperatuurswijziging (b.v. vanuit de schaduw in de zon of vanuit een verwarmd vertrek in de vorst), werd met de Ni 004 en de Wild N3 gelijktijdig en onder dezelfde omstandigheden een z.g. tem- peratuurproef uitgevoerd. Hiertoe werden de 2 instrumenten opgesteld in een onverwarmde zaal met een baak, sta biel opgesteld op 30 m afstand. Elk instru-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1961 | | pagina 10