35
het koppelen van de drie buislengten tot één
geheel van ruim 7000 meter. Dat koppelen ge
schiedt door de uiteinden van twee buizen in
een speen al daarvoor geconstrueerde bak
vast te schroeven; uiteraard met beide kranen
gesloten. De bak wordt dan gevuld met ge
destilleerd watér, waarna de kranen onder
water geopend worden. De beide andere buis
einden zijn aan een hoger gelegen punt in het
ruim bevestigd en voorzien van „expansie-
vaten", waarvan de kranen geopend zijn.
Zodra nu in de bak een goede doorstroming
zichtbaar wordt, het water in de loodbuizen
is tengevolge van een chemische reactie enigs
zins melkwit gekleurd, brengt men door mid
del van een stuk hogedruk-rubberslang een
verbinding tot stand, welke met slangklemmen
nog steeds onder water muurvast ge
maakt wordt. Op deze manier is een luchtvrije
verbinding gegarandeerd. Wanneer aldus de
beide koppelingen tot stand gebracht zijn,
wordt door een slingerproef uitgewezen dat
de totale 7000 meter lange buis als volmaakt
communicerend vat functioneert en dus als in
strument „meetklaar" is.
Toen na het treffen van al deze voorbereidin
gen de dag verstreken was, werd voor de
nacht een ligplaats gekozen in de haven van
Terschelling. Het was ons voornemen hier
flink in het voren te slapen, maar naderhand
bleek deze „planning" niet te kloppen met de
werkelijkheid. Als landrot aan boord van dit
schip en in déze haven is het moeilijk weer
stand te bieden aan de verleiding om ogen èn
oren open te houden voor de vele sterke en
zilte verhalen die op je afkomen terwijl er op
het te verbeiden succes gedronken wordt. Dit
maakte echter alleen maar de nacht korter,
want de volgende morgen het was toen
vrijdag 2 oktober werd om 6 uur het anker
gelicht en wie het ongelooflijk voorkomt
kan dit controleren in het logboek van de
„Poolster" om tien voor half acht de tamp
van de buis op het strand van Vlieland ge
land, waarmee het spannende bedrijf van de
uitlegging was aangevangen.
Vier M.D.-mannen verlieten gelijktijdig het
schip om via een rubberbootje op het strand
te worden afgezet. Ze begonnen onmiddellijk
met de opbouw van de meetpost. Toen kwam
de „Poolster" slaags gelijk de vakterm
luidt en begon met het uitvaren van de
buis. Zulks gebeurt door het schip een matige
voorwaartse vaart te geven, terwijl de buis,
via de kabelmachine, uit het ruim gedraaid en
naar het voorschip geleid wordt. Via het
De koppeling
het geval was, gebruik zou worden gemaakt
van de hoogwaterkentering er bij het aan
vangen van de uitlegging nog een krachtige
vloed zou lopen, terwijl tegen het einde van
het bedrijf alweer een flinke ebstroom zou
optreden.
Aangezien zowel de vloed als de eb dwars op
het tracé staan is het noodzakelijk vóór of
achter minstens twee geleiderichtpunten te
hebben waarop kan worden gestuurd. Immers,
slechts sturend op één richtboei zou men met
een flinke stroom dwars op de vaarrichting in
een boog varen en daardoor buislengte te
kort komen.
Onder de bedrijven door werd op deze dag,
in het ruim van de „Poolster", gewerkt aan