147 In zijn eigen omstandig verslag aan de koning, gedateerd Nijmegen 15 oktober 1825, grijpt hij steeds terug op de rapporten van zijn of ficieren. Samen met de overzichtstekeningen van luitenant-kolonel Ninaber, chef van de brigade ingenieurs, krijgt dit eerst recht ge stalte. Tot juli 1825 was Krayenhoff samen met Ninaber bezig geweest alles te inspecte ren. Een dikke bundel .Memories der officie ren" geeft een volledige informatie omtrent zijn arbeid. De 19e en 20e juli 1825 besteedde hij om ,,het systema van bevestiging finaal te ontwerpen". Het defensieprogram, onder zijn supervisie uitgewerkt, was dus klaar. In de volgende jaren werd op de basis van een triangulatieplan een militair-topografische kaart samengesteld.3) Aan Krayenhoffs verslag was, behalve een memorie met de inzichten van de gouverneur, schout-bij-nacht Cantzlaar, ook een rapport van de luitenant-kolonel J. C. Ninaber toe gevoegd. Dit handelt voornamelijk over de wijze van inrichten der nieuwe, door Krayen hoff op het terrein aangewezen, vestingwer ken. Hij kwam dus uiteindelijk wel met een deug delijk plan voor de verdediging van Curasao, maar aan bescherming van het openliggende Aruba en Bonaire viel niet te denken. Het voert te ver, alle bijzonderheden van de uitgebreide militaire werken te omschrijven. Men mag zeggen, dat in het optreden van Krayenhoff nog altijd iets van het pathos van de revolutietijd voortleefde. Hij wilde, zo zegt Prof. Ozinga1), Curasao tot een tweede Mal ta maken, terwijl de Commissaris-Generaal J. van den Bosch (die in 1827 op het toneel verscheen) juist zeer nuchter was en meende dat Curasao zelfs met zijn uitgebreide werken niet te houden zou zijn. Aan deze generaal van den Bosch werden de door Krayenhoff uitgewerkte plannen en rapporten ter verdere behandeling toevertrouwd. Het plan Krayenhoff moest door een meer geconcentreerd plan vervangen worden, Ni naber was het daarmee eens. Veel van zijn zorgvuldig voorbereide plannen, die zelfs het bouwen van hele blokken officierswoningen inhielden, zou niet worden uitgevoerd. De kosten zouden verminderen van ca. 7 miljoen gulden tot ruim 2 miljoen. Met de voltooiing van de vestingwerken van stad en haven werd voortgegaan; de beslissing omtrent de overige werken werd tot 1830 uitgesteld. Wel is nog de sluitketting met zijn toren voor de kaap stand gereedgemaakt (de ontwerptekening, gesigneerd B. van Rijswijk, is van november 1835). In 1831 blijkt de bouw reeds te zijn gestaakt. Het opgeven van het zich in aanleg bevinden de Pietermaaifort had voor de historische Willemstad zeer bijzondere gevolgen: bekend zijn de plannen voor uitleg van de stad van 1860! Nog steeds blijven het Waterfort van 1826, fort Marietje, Riffort e.a. de forten van Krayenhoff. Zijn werkstukken zijn het, die nog steeds het zeefront en het binnenkomen van Willemstad beheersen (er is niet zo heel veel over van het oorspronkelijke, maar van de zee uit gezien levert Riffort samen met Wa terfort toch nog een imposant gezicht op). De verdedigingswerken blijven nog altijd de monumentale belichaming van Curasao's ge schiedenis en Krayenhoff heeft daarop zijn stempel gedrukt. Op de basis van een regelmatige driehoeks meting, uitgevoerd door de le luitenant L. Lens, begon de topograaf J. V. B. Werbata in 1906 de nieuwe opneming van het eiland. In 1907 was de triangulatie klaar, in 1908 wer den de eerste bladen voor de druk naar ons land gestuurd. De gehele kaart van 18 bladen is in 1916 verschenen. Ook hier is de neerslag van Krayenhoffs werk terug te vindend') Op 24 november 1840 is hij overleden. De laatste jaren vóór zijn dood kon hij zich wij den aan zijn liefhebberijstudies, natuurkunde en astronomie. Krayenhoff is begraven op het fort buiten de Hezelpoort te Nijmegen, dat ook naar hem genoemd is. Met hem is een belangrijke Nederlander heengegaan! Enkele bronnen: Zie ook: Levensbijzonderheden van de Lt.-Generaal Baron C. R. T. Krayenhoff, door hemzelf op schrift gesteld en op zijn verlangen in het licht gegeven door Mr. H. W. Tydeman, Prof. Jur. aan de Universiteit te Leiden. Uitgegeven te Nijmegen door C. A. Vieweg in 1844. 2) Zie „Map Ninaber" in bibl. van het Min. van Zaken Overzee. 3) Vele tekeningen en ontwerpen komen voor in „De monumenten van Curasao in woord en beeld" van Prof. Dr. M. D. Ozinga, 1959. 4) Zie3). 3) Zie voor oudere kaarten van Curasao: Joannes de Laet, Jaerlijck Verhael van de verrichtingen der Ge- octroyeerde West-Indische Compagnie in 13 boecken, Werken van de Linschoten-Vereniging, XL. door S. F L'Honoré Naber en J. C. M. Warnsinck; West-In dische Gids 1928, blz. 100; kaartenverzameling Bodel Nijenhuis in Leidse Universiteitsbibl., port. 63, nrs. 21, 32, 33, 43, 44.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1962 | | pagina 9