Lacune in ruilverkavelingswet
vereist wijziging
226
onroerend goed mede de grondslag vormen
van het beroep Makelaar, en dat goede ken
nis van deze wetgeving absoluut noodzakelijk
is. Door het steeds groter wordende interna
tionale verkeer in onroerend goed, geldt dit
ook voor de wetgeving van andere landen.
De taak van de commissie is bijzonder om
vangrijk en men heeft zich op dit congres dan
ook voornamelijk beperkt tot de vervreemding
van onroerend goed.
Na de voorzitter kwamen 13 commissieleden
(landen) aan het woord, die een korte, na
tuurlijk niet volledige, maar zeer interessante
beschouwing hielden over de wetgeving in
hun land.
In de commissie zijn de meeste West-Euro-
pese landen, en Canada, U.S.A., Israël en
Japan vertegenwoordigd.
De wetgeving op onroerend goed is in al deze
landen weer anders geregeld en enkele lan
den hebben beperkende bepalingen waar het
agrarische grond betreft.
In de landen waar de Code of het Romeinse
recht de grondslag van het recht vormt, is er
wel enige overeenkomst.
In Engeland vormt het gewoonterecht de oor
sprong van de huidige wetgeving. De Ver
enigde Staten van Amerika hebben ook de
wetgeving op onroerend goed zelfstandig, los
van de federale regering, en dus verschillend
geregeld. Deze verschillen bestaan ook in de
belastingwetgeving. Zo is het registratierecht
in België 11 en in Zweden 1 (Neder
land 5
In de plenaire zitting (woensdag 6 juni) gaf
de voorzitter als algemeen rapporteur een
korte samenvatting, waarbij tot uitdrukking
kwam, dat de vaste commissie voor belasting
wetgeving en wetgeving op onroerend goed,
een gids hoopt samen te stellen over de wet
geving in de verschillende landen. Een gids,
waarin een antwoord gevonden kan worden
op de juridische en belastingtechnische vraag
stukken, die aan de orde zijn bij de overgang
van onroerend goed. Voor landmeetkundigen
die hun werkzaamheden in het buitenland
hebben, kan dit te zijner tijd een belangrijk
naslagwerk zijn.
Wij zullen hier niet uitvoeriger op dit congres
ingaan; u zult in het maandblad .Vaste Goe
deren" van de Nederlandse Bond van Make
laars, en in ,,Het Makelaarsweekblad" van de
Makelaarsvereniging Amsterdam (beide aan
gesloten bij de F.I.A.B.C.I.) uitgebreider ver
slagen over dit drukbezochte congres kunnen
lezen.
B. M. DE BRUIN
Toewijzing kavels aan openbare lichamen
Bij de Tweede Kamer is een wijziging van de
Ruilverkavelingswet 1954 aanhangig ge
maakt, nodig geworden doordat een arrest
van de Hoge Raad een lacune in de wet voor
wat betreft de toewijzing van kavels aan
openbare lichamen aan het licht heeft ge
bracht. Tot dusverre werden de toe te wijzen
gronden reeds tijdelijk aan de openbare licha
men, ten einde daarop in coördinatie met de
ruilverkavelingswerkzaamheden de aanslui
tende werken van algemeen nut te kunnen
uitvoeren, in gebruik gegeven. Aan deze mo
gelijkheid is thans een einde gekomen. De
Hoge Raad oordeelde nl„ dat het tijdelijk in
gebruik geven, nu uit de parlementaire be
handeling van de wet niet uitdrukkelijk het
tegendeel is gebleken, slechts gehanteerd kan
worden ter verwezenlijking van het doel van
de ruilverkaveling zelf, terwijl de door de
openbare lichamen uit te voeren werken geen
deel uitmaken van de ruilverkaveling.
Het gevolg van deze uitspraak is, dat de open
bare lichamen met de uitvoering der werken
zouden moeten wachten tot na de overschrij
ving van de akte van toedeling. Gezien de
huidige gemiddelde duur van een ruilverkave
ling zal daarop in de meeste gevallen niet kun
nen worden gewacht. Voor de reeds in voor
bereiding en in uitvoering zijnde ruilverkave
lingen dreigt thans de gehele planning van de
aanleg van Rijks- en provinciale wegen en van
gemeentelijke uitbreidingsplannen in de war
te lopen. Ten einde het werk voortgang te
doen vinden en de onzekerheid, die door deze
uitspraak is ontstaan, op te heffen, is het
noodzakelijk op de kortst mogelijke termijn in
de wet tot uitdrukking te brengen, dat dat
gene, wat de wetgever destijds bedoeld heeft,
inderdaad mogelijk is.
De wetswijziging beoogt mogelijk te maken
dat de Centrale Commissie, zodra vaststaat,
dat toewijzing van kavels aan openbare licha
men zal kunnen geschieden, de gronden,
welke onder de voorlopige vaststelling van de
toewijzing zijn begrepen, voorlopig aan de
openbare lichamen in gebruik kan geven. Ver
volgens kunnen de openbare lichamen dan
met de nodige werkzaamheden beginnen.