meentelijke verordeningen en Water
schapsverordeningen.
Geef een beschouwing over de onder
linge verhouding dezer voorschriften.
Betrek hierin ook het toetsingsrecht van
de rechter.
2. Welke bezwaren kunnen worden aan
gevoerd tegen een privaatrechtelijke ba
sis voor de uitoefening van een bepaalde
waterstaatszorg in een begrensd gebied,
m.a.w. waarom verdient de waterschaps-
vorm de voorkeur? Hoe zouden ieder
dezer twee vormen moeten worden ge
realiseerd?
Geod. Astronomie
Tijd: 100 minuten
1In februari werd voor de hoogte van
de onderzijde van de zon gemeten
28°57'52", toen deze in de meridiaan
stond.
Bepaal de breedte van de plaats van
waarneming met behulp van onder
staande gegevens (N.B. teken zelf in
vullen!).
Halve zonsdiameter 16'05"
Zonsparallax 8"
Refractie 1 '47"
Zonsdeclinatie 9°17'30"
2. Gevraagd wordt voor een plaats ge
legen op ongeveer 15° noorderbreedte
en lengte 1 uur (oost van Greenwich)
een breedtebepaling geheel voor te be
reiden.
Datum: 29-11-196... (jaar van de alma
nak, ongeveer 23 uur LMT).
3. Welke instrumenten heeft men nodig
voor:
a. azimutbepaling uit zonshoogten:
b. azimutbepaling uit uurhoek op de
poolster;
c. lengtebepaling;
d. simultane lengte- en breedtebepa
ling.
Kartografie (mededelingen van de kart. sec
tie van het K.N.A.G., no. 16, overdruk uit
tijdschrift KNAG, deel LXXIX, 3, 1962).
Van Ir. P. J. Bakker te Amsterdam is
gepubliceerd de lezing, die deze hield in de
Zuiderkerk. In het artikel worden de kaarten
beschreven, die door de onderafdeling Land
meten en Kartografie van de Dienst der
Publieke Werken werden (en worden) ge
maakt. Ir. Bakker schetst de omstandigheden
en gebeurtenissen, die tot de tegenwoordige
toestand hebben geleid. Van 1 jan. 1905 af,
zo was indertijd bepaald, moesten alle direc
teuren van Gemeentebedrijven uiterlijk twee
maanden na het gereedkomen van nieuwe
werken opgave doen aan de Directeur P.W.
Aangezien dit echter niet voldoende bleek
om het gestelde doel een goed en snel te
raadplegen overzicht van alle zich op en in
de openbare straat bevindende werken te
bereiken, werd 5 oktober 1906 besloten op
dracht te geven tot het vervaardigen van een
kaart van Amsterdam op de schaal 1 1000.
Rekening houdend met de grootte der bladen
315
