Landmeetkundige berekeningen N.L.F. examens 1962 door C. A. C. Best, landmeetkundig ambtenaar A van het kadaster te 's-Gravenhage. Vraag 1: Omdat er onder onze lezers waarschijnlijk verscheidenen zullen zijn, die graag eens zwart op wit willen zien, hoe dit vraagstuk met behulp van de rekenmachine moet wor den opgelost, volgt hier een bespreking. De opgave, destijds opgenomen in nummer 6 van de lopende jaargang, blz. 197, drukken we nog eens af. Gegeven: Coördinaten: X V VP 7 -f- 5037,32 2377,31 VP 8 5259,16 2333,14 III 5514,87 2859,40 Argumenten: VP 7 I 380,1378 VP 7 II 397,7245 Gemeten richtingen: in VP 7 naar I 0 naar II 17,5913 naarP 90,4812 in VP 8 exc naar P 0 naar III 45,8712 naar VP 8 128,1350 Lengte: VP 8 VP 8 exc 8,14 m Gevraagd te berekenen de coördinaten van P. Dit betekent dus, dat we de voorwaartse snij ding van 7 P en 8 exc P moeten uit voeren. Daarvoor hebben we de coördinaten nodig van 8 exc en de argumenten 7 P en 8 exc P. We beginnen met 7 P. In 7 is gemeten naar I, II en P en verder zijn gegeven de argu menten 7 I en 7 II. Wanneer we 7 II verminderen met hoek I7II, moeten we voor 7 I een bedrag vinden dat niet veel mag afwijken van het gegeven argument. Het gemiddelde van die twee waarden is de oriëntering voor de ge meten richtingen in 7. We kunnen dit als volgt opschrijven: in VP 7 naar I naar II 7 P 70,6167. 380,1378 397,7245 a 0 17,5913 y) a 380,1378 32 O O 380,1355 uP 380,1355 90,4812 Nu de bepaling van de coördinaten van 8 exc. Dit is een overgangsberekening, waarbij ge meten is op het onbekende punt. Uit de ge geven coördinaten voor 8 en III is het argu ment 8 III en de lengte 8 III vast te stellen (28,7946 gr en 585,096 m). Van driehoek 8 exc8III zijn nu drie ele menten bekend (twee zijden en de hoek tegenover een dier zijden). Met behulp van de sinusregel bepalen we hoek 8III8 exc, de overgangshoek <5 .Maar dan is ook argument 8 exc III 8 III af te leiden en eveneens 8 exc 8 en 8 8 exc, waarna de coördinaten van 8 exc volgen door berekening uit argument en afstand. De bepaling van en 8 exc 8 laat zich als volgt in een schema opschrijven: sin d 8,14 585,096 X sin 82,2638 X 0,961441 0,013376 373 yj

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1962 | | pagina 11