11
wel het bewijs. Dit landmeten en waterpassen
geschiedde echter, zoals deze opleiding ook
reeds aanduidt, door de opzichters in de
ambtsgebieden, dus door de uitvoerende dien
sten. Later, toen hiervan de plannendienst,
de latere technische dienst, als zelfstandige
dienst voor het maken van plannen werd af
gesplitst, gingen ook het landmeten en water
passen naar deze dienst over en werden deze
werkzaamheden door de technisch ambte
naren en -assistenten van deze dienst verricht.
De voortschrijdende ontwikkeling leidde echter
ook hier tot verdere specialisatie, waardoor de
figuur ontstond dat het landmeetkundig werk
steeds meer in handen van een enkele tech
nisch ambtenaar werd geconcentreerd. Toe
neming van het werk en de wens ook op dit
gebied, zoals bij alle werkzaamheden van de
Nederlandsche Heidemaatschappij, bij te blij
ven en de leiding tijdig in verantwoorde han
den te kunnen leggen, deden de directie er
toe besluiten op 1 januari 1950 een acade
misch gevormde landmeter in dienst te nemen
en deze op 1 april d.a.v. te belasten met de
opbouw en leiding van een zelfstandige land
meetkundige dienst. Oorspronkelijk werden
de landmeetkundige werkzaamheden alle
centraal vanuit Arnhem verricht door enkele
technisch ambtenaren en geschiedde de af
werking van de metingen ook geheel op het
hoofdkantoor. Zoals overal elders moest ook
hier de opbouw van het werk langs lijnen van
geleidelijkheid geschieden en werden eerst
veel weerstanden ondervonden. Met het ver
dwijnen daarvan, doordat men de voordelen
en het nut van de landmeetkundige dienst
inzag, breidde het werk zich steeds meer uit
en kon geleidelijk tot decentralisatie worden
overgegaan. Het eigenaardige hierbij is, dat
dit ten dele de zelfstandige dienst weer deed
verdwijnen, doordat deze decentralisatie ge
realiseerd werd door bij de inmiddels inge
stelde districtskantoren van de Technische
Dienst districtslandmeetkundigen te plaatsen,
die leiding en toezicht kregen van en op de
landmeetkundige werkzaamheden in het
district.
Daar deze werkzaamheden uiteraard ook ver
richt werden ten behoeve van en in verband
met het werk van de Technische Dienst, wer
den deze districtslandmeetkundigen organi
satorisch onder het districtshoofd van de tech
nische dienst geplaats (in het algemeen een
Cultuurtechnicus), terwijl ze technisch onder
het hoofd van de landmeetkundige dienst
bleven ressorteren. De verdere toeneming van
de werkzaamheden maakte het geleidelijk
nodig aan de districtslandmeetkundigen
diverse technisch ambtenaren, opzichters,
technisch assistenten en later ook tekenaars
toe te voegen, waardoor bij de districtskan
toren van de Technische Dienst landmeet
kundige afdelingen zijn ontstaan, die groten
deels geheel selfsupporting zijn en alleen voor
bijzondere gevallen nog assistentie van de
Landmeetkundige Dienst op het hoofdkantoor
ontvangen. Deze landmeetkundige afdelingen
ressorteren zoals gezegd organisatorisch
onder het districtshoofd van de technische
dienst, terwijl het technisch toezicht bij het
hoofd van de Landmeetkundige Dienst be
rust. Deze Landmeetkundige Dienst is door
het zich verplaatsen van al het werk dat ten
behoeve van de technische dienst werd ver
richt naar de districten, echter niet zonder
werk komen te zitten, want door de ontwikke
ling van de vrijwillige ruilverkavelingen in de
zelfde periode is het werk daarvoor zodanig
toegenomen, dat uitbreiding van de dienst met
deskundigen op ruilverkavelingsgebied en
bureau-personeel voor de voorbereiding en af
werking van de ruilverkavelingsovereenkom
sten nodig was en is. Daarnaast vragen ook
de opdrachten van de kadastrale ruilverkave-
lingsdienst voor landmeetkundig werk ten be
hoeve van wettelijke ruilverkavelingen steeds
meer personeel. Zo is in de ruim 12-g- jaar van
haar bestaan de landmeetkundige dienst van
de Nederlandsche Heidemaatschappij uitge
groeid van 1 landmeter, hoofd van dienst, met
enkele toegevoegde technische ambtenaren en
technisch-assistenten, tot een dienst die, met
inbegrip van de landmeetkundige afdelingen
bij de districten van de technische dienst, on
geveer 85 man omvat, waaronder 7 acade
misch gevormde geodeten, met vele specialis
ten voor allerlei werkzaamheden en met een
aan de moderne eisen aangepast instrumen
tarium, bestaande uit Wild T2 theodolieten,
Wild R.D.S. en -R.D.H. instrumenten voor
tachymetrie, Haag-Streit-coördinatografen,
wagen- en schijfpoolplanimeters van Ott,
Friden-, Brunsviga- en Curta-rekenmachines,
etc.
Hiermede is de vraag „Wat is beant
woord en komen we tot het tweede deel Wat
doetOok hierop zouden we weer heel
kort kunnen antwoorden: ,,De landmeet
kundige dienst van de Nederlandsche Heide
maatschappij verricht alle voorkomende land
meetkundige werkzaamheden, waarvoor ze
opdracht ontvangt,'' maar ook dit antwoord
zou bij al zijn volledigheid op de lezer toch