40
1ste cursus van het C.T.O.
naar van het Kadaster te veroveren. Er werd
in die jaren al van ,,een mooie kans" gespro
ken, wanneer van de 40 tot 50 kandidaten er
een stuk of 10 werden aangenomen.
Deze mogelijkheid tot vrije opleiding voor een
voor elkeen toegankelijk examen werd in 1933
geheel afgesneden. Want teneinde de af
vloeiing van jeugdig en ietwat overcompleet
belastingpersoneel te bevorderen, werd voor
ambtenaren van de belastingen en van de re
gistratie -en voor deze alleen -de moge-
lijheid opengesteld zich te onderwerpen aan
een toelatingsexamen voor opleiding tot Teke
naar. De geslaagden zouden dan een ambte
lijke opleiding krijgen aan een der bureaus
van de landmeetkundige dienst van het Ka
daster. Waren de vooruitzichten voor de toen
malige tekenaar reeds slecht, die van de klerk
van 's Rijks Belastingen waren nóg slechter.
Tientallen van de meest-actieve belastingjon
geren trachtten daarom naar het Kadaster uit
te wijken, hoe wezensvreemd voor hen deze
Dienst ook was.
Schrijver dezes, die toen al een jaar of 12 bij
het Kadaster „meeliep", kan helaas niet zeg
gen, dat deze belastingambtenaren erg wel
kom werden geheten en dat de medewerking
aan hun opleiding (die door de landmeters
moest gebeuren) van ganser harte ging. Eens
deels de komst van zeer actieve mensen als
Wegereef en De Moor (om maar enkele
namen te noemen), die ervoeren dat de oplei
ding soms zeer veel te wensen overliet, an-
dersdeels de door de crisistijd vergrote moge
lijkheden voor de sedert 1920 door de huidige
V.T.A.K. gepropageerde verrichting van veld-
werkzaamheden door lager bezoldigd perso
neel gaven mede de stoot tot de instelling van
een ontwikkelingscursus voor lagere land
meetkunde. En de initiatiefnemers (het Be
stuur van deze Vereniging) mochten zich ge
lukkig prijzen, dat landmeter Harkink zich
bereid verklaarde de leiding van deze schrif
telijke cursus op zich te nemen.
Ver over de honderd deelnemers wierpen zich
in 1935 op de voor zeer velen grotendeels to
taal nieuwe stof niet alleen, en organiseerden
studieclubs, maar hielden vol tot het einde
van de cursus in 1938. Midden in een moreel-
bedervende crisistijd was door samenwerking
van tekenaarscorps en opleider (aan wie wel
eens de erenaam van „geboren onderwijzer"
is gegeven) in één lange en grote krachtsin
spanning de theoretische kennis van dit ge
hele corps op hoger plan gebracht.
C.T.O.
Ondanks deze cursus-Harkink was de ambte
lijke opleiding voor het examen voor Tekenaar
van het Kadaster door de zeer geringe mede
werking van de meesten der daarvoor aan-