De peilingen 81 of AP.BC en AB.PC, niet te veel uiteenlopen. Zo kan bijvoorbeeld gesteld worden dat de verhouding van deze tussenafstanden mag variëren tussen de waarden 2AP.BC AB.PC en AP.BC 2\ AB.PC. Het blijkt, dat ook deze grenzen twee cirkelbogen zijn. In fig. 6 is op de lijn AC een punt S bepaald, zodanig dat AS.BC 2\ AB.SC. Ook is een tweede punt V op het verlengde van AC zo bepaald, dat AS SC AV VC, waardoor ook AV.BC 2-h AB.VC is. De afstand SR is de middellijn van de cirkel met O als mid delpunt. Is AS p en SC q, dan is p q (2 r -f p) (2 r q)on is straal r van cirkel O qelijk aan de afstand AO is r p P~q F q- Ver en de afstand CO is r q p—q p—q der is x- y2 r2. Zijn de afstanden van een willekeurig punt T op de cirkel naar de punten A en C achtereenvolgens m en n, dan is rrfi y'2 -j- (r -j- p x)2 m2 2 r2 p2 -\- 2 rp 2x r p o (P2 I2 2 Px 2 qx) m- p- r-ren uit p-q)2 n~ y2 -f- (r q x)2 volgt op overeen komstige wijze n2 q2 (p2 q2 - 2 px -f 2 qx) (p - q)2 Het blijkt dus dat m n p q, zodat, als er op het verlengde van AC een punt O bepaald SC2 wordt zodanig dat de afstand CO AS-SC en de afstand SO vanuit O wordt omgecir- keld, de afstanden van elk punt P op deze cirkel naar de punten A en C zich altijd ver houden als p q; dus geldt in dit geval ook steeds AP.BC 2-3, AB.PC. Aangezien met veel sextanten geen hoeken groter dan 120° gemeten kunnen worden en de toepassing van waarnemingshoeken kleiner dan uiterlijk 20° af te raden is, moet worden vermeden dat er in het sextantgrid bogen zullen voorkomen die behoren bij waar- neminqshoeken qroter dan 120° of kleiner dan 20°. De kortste weg om te controleren of een be paalde keuze van drie vaste punten aan de verschillende voorwaarden zal voldoen, is het op kleine schaal kaarteren van deze drie pun ten te samen met het op te nemen gebied en op deze kaartering de gestelde voorwaarden te construeren. Bovendien kan dan de gevoe ligheid van het net op verschillende plaatsen reeds bepaald worden, zodat mede aan de hand daarvan de meest geschikte schaal waar op het kaarteerblad geconstrueerd zal wor den, kan worden gekozen. 1-7 Voordelen van de toepassing van het sextantgrid De toepassing van het sextantgrid, vooral waar het een bij herhaling op te nemen gebied betreft, biedt verschillende voordelen. Een enkel is al ter sprake gekomen: het uitermate korte tijdsbestek waarbinnen de positie van een ,,fix" bekend is na de hoekmeting, zodat snelle controle op de koers mogelijk is. De nauwkeurigheid van de kaartering van de ,,fix" wordt alleen beperkt door de nauwkeu righeid waarmee 't sextantgrid is getekend en ten opzichte van het coördinatensysteem is ge oriënteerd. Rek en krimp oefenen hierop geen invloed uit, aangezien het onderlinge verband tussen sextantgrid en coördinatensysteem door rek en krimp niet verandert. Worden daarentegen de posities op een aan rek en krimp onderhevig kaarteerblad grafisch of met behulp van een plaatspasser bepaald, dan kunnen de gevonden posities belangrijk af wijken van de werkelijke. De schaal van het kaarteerblad kan betrek kelijk groot gekozen worden, omdat deze niet beperkt wordt door de lengten van de benen van de passer of plaatspasser. Buiten de drie vaste punten die het net be palen, zijn richtbakens, die eventueel de te varen lodingsslagen markeren, geen nood zaak. Deze slagen kunnen van te voren met potlood over het op te nemen gebied getekend worden. Door de voortdurende en snelle con trole zijn deze slagen met de vlet goed te volgen. 2-1 Het echoloodapparaat In Bombay wordt het droogpapierecholood- apparaat Atlas Echograph 72 gebruikt. Dit toestel geeft een recht beeld, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de Keivin Hughes echolood apparaten, welke een vaak lastig uit te werken gekromd echobeeld produceren. De werking van het echoloodapparaat berust op een eenvoudig beginsel en bestaat uit het registreren van het tijdsinterval, dat verloopt tussen het onder de waterspiegel geven van een impuls en de ontvangst van de echo welke door de zeebodem wordt weerkaatst. Bij het echoloden wordt de supersonische Gedeelte sextantgrid, schaal 1 6000 dat een inzicht geeft in het verloop van de niet-concentrische cirkels en de snijdingen. Aan de randen zijn de hoekwaarden gegeven, waarbij de letters E, A en L de richtpunten aangeven.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1963 | | pagina 11