OPGAVEN
MET
LANDMEETKUNDIGE
INSLAG
Opgave 14.
De gegeven kaart Oude Venen D 1 is destijds
gekaarteerd met behulp van toen beschikbare
gegevens in het systeem van de oorspronke
lijke driehoeksmeting. In dit systeem moeten
ook wij de nieuwe grens kaarteren, terwijl er
nu in de meting gericht is op torens bekend in
het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting.
Gelukkig zijn er twee torens B en C) bekend
zowel in het oorspronkelijke stelsel als in het
R.D. stelsel Deze punten kunnen we dus ge
bruiken als aansluitingspunten voor de trans
formatie van punten bekend in het R.D.-stel
sel naar het oorspronkelijke stelsel.
Van het punt TD-steen zijn coördinaten in
het R.D. stelsel gegeven. Als nu ook in dit
stelsel de coördinaten van de punten met
meetgetallen 468,35, 391,0, 548,20 en 182,65
bekend waren, zouden we vijf punten kunnen
transformeren naar het oorspronkelijke stel
sel. De berekening van deze vier R.D. coördi
naten geeft niet veel moeilijkheden. We bepa
len b.v. eerst argument TD-st.A en leiden
hieruit af de argumenten van TD-st naar B
D en schoorsteen ,,De Eendracht", om, ver
volgens uit argument en afstand de gewenste
R.D. coördinaten te berekenen. We hebben
nu meteen een controle op berekening (en/of
meting) in de afstand langs de sloot 750,02
188,05 641,97. Deze is ook te bepalen
uit coördinaatverschillen, waarbij we even
eens 641,97 m vinden.
Hierna volgt dan de transformatie naar het
oorspronkelijke stelsel met als resultaat:
TD-steen 470,75 —2047,87
468,35 365,61 1590,51
391,0 862,33 —2060,47
548,20 1019,76 —2065,54
182,65 393,86 —2213,95
Op het plan Oude Venen D 1 kaarteren we
deze vijf punten. Ook hier is dezelfde contro
le toe te passen door napassen van de afstand
641,97 m. Het begin- en eindpunt van deze
meetlijn lans de sloot geeft niet veel houvast
wegens de ,,vage kant", maar wel weer de
snijpunten van de meetlijnen met de noord
westelijke rechte grens en de noord-zuid lo
pende lijn. Deze mogen hoogstens geringe
afwijkingen vertonen met de in coördinaten
uitgepaste punten.
Om langs numerieke weg controle uit te
oefenen hebben we slechts in het oorspronke
lijk stelsel het snijpunt te berekenen van de
rechte TD-st.468,35 en de rechte a b en
van de rechte TD-st.— 391,0 en de rechte
c d. De aldus verkregen coördinaten geven
een gering verschil te zien met de uit transfor
matie verkregen waarden.
Een goede oplossing ontvingen we van de
heer C. H. Koper.
Opgave 16.
Gevraagd de coördinaten van B te berekenen
uit onderstaande gegevens.
Coördinaten:
X
A —31949,40
C 32329,96
P —33245,25
Q —30858,69
R 29539,44
Y
47031,50
46908,11
51932,36
40579,28
53197,76
Richtingsmeting
op A naar P 0,0000
B 98,5870
Q 192,0394
op B naar
op
C
A 0,0000
C 199,5902
Q 0,0000
B 101,2972
R 158,8738
Lengtemeting:
A B 205,800 m
B C 290,255 m
De ijktemperatuur van de gebruikte meetband
is 9°, terwijl de lengtemeting is verricht bij
een temperatuur van 21°. Op de gemeten
lengte dient de temperatuurscorrectie (1,1 mm
per graad per hm) evenals de correctie voor
de stereografische projectie 7,2 mm per
hm) te worden aangebracht.
Oplossingen voor 1 augustus a.s. in te zenden
aan Mej. C. A. C. Best, Seinpostduin 18,
Scheveningen.
197