221 nisatie van de opname en uitwerking van hoekmetingen, zowel voor veelhoeken als voor tachymetrische opnamen met een basisla't. Na een uiteenzetting over de ontwikkeling van de mechanisatie bij de gehele ruilverka velingsprocedure in Hessen ging de heer Lang in op de in samenwerking met Zuse ontwikkelde automatisch registrerende theo doliet, die thans door Fennel en Kern in pro- duktie wordt gebracht. Het apparaat van Fennel is gereed en wordt reeds in de prak tijk gebruikt. De aflezing van de randverde- ling geschiedt door deze op een film te foto graferen. Voor de graden en decigraden ge schiedt dit volgens het digitale systeem en voor de centi-, milli- en decimilligraden vol gens het analoge systeem. Voor het analoge gedeelte worden de tegenover elkaar gelegen gedeelten van de mikrometerverdeling gefoto grafeerd. De uitwerking van dit deel ge schiedt in een eveneens door Zuse speciaal geconstrueerd registreerapparaat, waardoor persoonlijke fouten van de waarnemer bij de coïncidentie-instelling worden vermeden. Dit registreerapparaat, de Zuse Z 84, ontwikkelt tevens de film en brengt de afleesgege- vens over in ponsbanden. De gehele notatie van de hoekmeting in formulieren zoals we die thans kennen, kan hiermede in de toe komst dus vervallen. De theodoliet is verder nog voorzien van een registratie-inrichting met 12 plaatsen, voor het aangeven van de nummers van opstellings- en richtpunten, die op deze wijze mede op de film worden vast gelegd en in het registreerapparaat op de juiste plaats in de ponsband worden vermeld. De ponsband met de meetgegevens gaat ver volgens in een elektronische rekenmachine, die met behulp van deze gegevens en andere bekende ingevoerde gegevens en programma de coördinaten en verder benodigde lengten, e.d. berekend. Dit alles wordt weer in een ponsband vastgelegd, die wordt toegevoerd aan een elektronische coördinatograaf, die Zuse en Wild samen ontwierpen, en die de punten kaarteert en met een cirkeltje aan geeft. Deze coördinatograaf voldoet aan de door het kadaster te stellen nauwkeurigheids- eisen. Het enige wat dan nog gedaan moet worden is de gekaarteerde punten te ver binden. Bij een meting als hierboven geschetst be hoeven derhalve nog slechts de volgende han delingen te worden verricht: 1Het nummer van het punt op de registratie inrichting van de theodoliet instellen en op het punt richten; 2. De gekaarteerde punten verbinden. Verder dient dan nog de filmband over te worden gebracht naar het registreerapparaat en de ponsband naar de rekenautomaat. Tenslotte nog iets over de elektroplanime- ter Zuse Z 80. Deze bestaat uit een wagen- planimeter van Ott, waarbij een telschijï op de as van de planimeterrol is bevestigd, die de aflezingen langs foto-elektrische weg over brengt naar een elektronische tel- en reken machine. Deze verwerkt deze gegevens en registreert de uitkomsten, zodat we direct de oppervlakten van de geplanimetreerde per celen kunnen aflezen. Hiermede wordt dus een belangrijk gedeelte van het grootteberekenen met de planimeter mechanisch uitgevoerd, maar het meest vervelende werk blijft over, namelijk het bewegen van de omlooploep over de omtrek van het perceel. Tijdens de de monstraties van dit apparaat op de beide bo vengenoemde studiedagen werd dit door ve len dan ook als een bezwaar aangevoerd. Dr. Dr. Lang en Ir. Van Lent zagen beiden ech ter in hun lezingen ook voor dit instrument vele voordelen bij het ruilverkavelingswerk door de ermee verkregen tijdbesparingen. In Hessen is het reeds enige jaren in gebruik. Rest nog te vermelden dat op de studiedag van de N.L.F. ook een demonstratie werd ge geven met de coördinatograaf Decograph Ahrend-Wild, die ook de punten kaarteert zonder lijnen te trekken. Prof. Brouwer vroeg zich in zijn lezing af of het voordeel dat ge legen is in het ook direct tekenen van de lijnen opweegt tegen de daardoor aanmerke lijk hoger wordende kosten van een coördi natograaf. Al met al kan gezegd worden, dat met beide bovengenoemde studiedagen en de versche nen publikaties de aandacht van landmeet kundig Nederland in het afgelopen kwartaal gericht is op een ontwikkeling, die niet zal na laten de toekomst van de landmeetkundige beoefening te beïnvloeden. Voor wie uitvoe riger over het bovenvermelde wenst te ver nemen kunnen we nog meedelen, dat de le zingen van Ir. Van Lent, Ir. Roeleveld, Dr. Dr. Lang en Dr. Ing. Zuse zijn opgenomen in nr. 3 van de lopende jaargang van het Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde, terwijl de op de studiedag van Hagen Systems gehouden lezingen tevens bij de N.V. Handelsvereniging Hagen, Kantorenflat Oostplein, Rotterdam, kunnen worden aange vraagd door belangstellenden. M.L. V.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1963 | | pagina 15