i vergelijking met andere technische functies op middelbaar niveau wellicht te weinig aspecten en verantwoordelijkheden? Dan is de vervul ling door een h.t.s.-er organisatorisch onjuist te achten. De bedrijfspsychologie leert dat men echter de betrokken functionaris geen verwijt behoort te maken dat hij in deze situatie onvoldoende arbeidsvreugde kan opbrengen. Betreft het echter slechts een deel van zijn taak of een tijdelijke periode, terwijl de hogere leiding er op gericht is, zo mogelijk, verantwoordelijkheden te verlenen aan het middelbaar personeel, dan is een dergelijke houding van een h.t.s.-er bepaald onjuist te noemen. Hetzelfde is uiteraard het geval als hij nog niet rijp is om in een bepaalde dienst verantwoordelijkheid te dragen, hoe gunstig ook zijn diploma-cijferlijst is. Men dient echter niet te vergeten dat de drang om in zijn werk gekend te worden, om gaandeweg verantwoordelijkheden te dragen etc. volgens de moderne inzichten behoort tot de primaire behoeften van elke mens. Een sociaal-intelligente leiding kan hierin vaak tactvol tegemoet komen door situaties te ver mijden die voor het middelbare personeel een organisatorische grief kunnen vormen. In elk geval kan een brede opleiding de werk nemer zelf alleen maar ten gunste strekken, niet in het minst doordat hij het potentiële vermogen krijgt uit elke werksituatie te halen wat er in zit, op eventuele details dieper en in breder verband in te gaan, met het publiek en met andere technische werkers op het terrein op gelijkwaardig niveau om te gaan en in zijn arbeidsgemeenschap een soepele medewerker te worden. Taak en functie van de middelbaar landmeetkundige in de toekomst De redactie verzocht mij voorts nog een prog nose te geven van het bovenstaande. Het komt mij voor dat daartoe een projectie nodig is van de werkkring van de middelbare landmeetkundige tegen de achtergrond van de mogelijke evolutie in de organisatorische ver houdingen en begrippen in de landmeet kundige en (in ruimere zin) de technische wereld. Verschillende experimenten en publikaties op bedrijfspsychologisch- en sociologisch gebied wijzen er namelijk op, dat men zoekt naar verbetering der menselijke verhoudingen, ook in het technische bedrijf, door aan de werk nemer enige medezeggenschap in de leiding te verlenen. Men denkt hierbij aan een in schakeling van de middelbare en lagere krachten bij de beleidsvoering, uiteraard met inachtneming van de grenzen gesteld door ontwikkeling en intellect. Op een recente studiedag van de Nederlandse Vereniging voor Bedrijfspsychologie is een experiment bij de Philipsfabrieken in Sittard besproken, waarbij aan groepen arbeiders ge zamenlijk de verantwoordelijkheid werd ge geven voor het totale produkt. Dit in tegen stelling met de thans nog algemeen gehul digde opvatting dat verregaande arbeidsver deling in het produktieproces het meest effi ciënte resultaat zou geven. Chr. Argyris, auteur van gezaghebbende pu blikaties op bedrijfs-psychologisch gebied, heeft met deze vorm van taakverruiming voor de werknemers met succes geëxperimenteerd in Amerikaanse bedrijven. Prof. dr. B. C. Lievegoed, directeur van het bedrijfs-pedago- gisch instituut te Zeist, verwacht van deze maatregelen een toeneming van de betrokken heid bij het bedrijf, minder gevoel van anoni miteit (nummergevoel) en in het algemeen een verhoging van het plezier in het werk. In de onlangs verschenen pocketuitgave ge titeld „Bedrijfspsychologie" stelt J. A. C. Brown tegenover de vereenzaming van het in dividu in de grote arbeidsgemeenschappen evenzo de eis tot het samenstellen van z.g. primaire groepen, waar iedereen elkaar kent en waar als gevolg daarvan de natuurlijke be hoefte van de mens aan erkenning en waar dering meer bevredigd wordt. Nu in de landmeetkundige wereld de invoe- 195 Examen instrumentenkunde in de meetzaal van de afdeling landmeetkunde. (foto Keyman)

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1964 | | pagina 7