KADASTER EN LANDMEETKUNDE in Literatuur 275 door W. Koopmans, oud-ambtenaar van het kadaster Ook Multatuli spookte het kadaster bij tijd en wijle door het hoofd. In het pak van Sjaalman, genoemd in zijn Max Havelaar, komt onder de verhandelin gen er één voor met de titel: ,,Over kadaster, registratie en zegel." In de geschiedenis van Woutertje Pieterse treffen we op het avondje ook aan de we duwe Zipperman (die 'n dochter getrouwd had met iemand van de assurantie, of 't ka daster, of zo-iets). (Idee 381 uit Ideeën, eerste bundel.) Verder in Ideeën, vierde bundel, idee 972: LXV. Anders. Ter beschaming van conservatieve vitters, was ik altijd humaan voor grondbezitters, onder al de kool die ik wist te verkopen, Is die gloeiende van 't kadaster, ongemerkt mee doorgelopen. LXVI. Anders Onder de zaken die m'n grootheid verkon den, hoort ook dat ik nooit 'n haar van de kadasterpruik heb geschonden. Me dunkt dat dit 'n bijzonder liberale eer is. En 'n flink antwoord op: 51 monumentum quaeris Wie dit Latijn niet kan verdragen, moet de uitlegging maar aan de Eerste Kamer vragen. Ook Franz Kafka (18831924) betrekt de landmeter in zijn romans. Wij denken aan één van zijn onvoltooide werken „Das Schloss" (1922-1924), waarin wij vrijwel het gehele boek door, K. ontmoeten, die door een grafelijk onderhorige uit zijn herbergbed wordt getrommeld. Hij moet onmiddellijk het dorp verlaten, omdat hij geen vergunning heeft. K, wordt kwaad. „Genug der Komö- die", zegt hij. ,,Sie gehen, junger Mann, ein wenig zu weitLassen Sie es sich gesagt sein, dass ich der Landvermesser bin, den der Graf hat kommen lassen. Meine Gehil- fen mit den Apparaten kommen morgen im Wagen nach Gute Nacht, meine Her ren." „Landvermesser?" hörte er noch hinter sei- nem Rücken zögernd fragen, dann war all- gemeine Stille ,,Ich werde telephonisch anfragen." De aanstelling (als grafelijk landmeter) van K. wordt door „het slot" bevestigd. Als de volgende dag zijn helpers aangekomen zijn, ontwikkelt zich het verhaal verder. „Wo habt ihr die Apparatefragte K., der graf- liche Landvermesser. „Wir haben keine", wiederholten sie. „Ach, seid ihr Leute", sagte K., „versteht ihr etwas von Landvermes- sung? Wenn ihr meine alten Gehilfen seid, müsst ihr doch das verstehen." De verdere, Kafka-achtige avonturen van de grafelijke landmeter moet u zelf lezen (en daarbij niet vergeten, dat de gehele tragiek voor een groot deel de weerspiegeling is van Kafka's eenzaamheid en hunkering). Eerst later is K., de bedrogene, de pechvogel, zo ver dat hij de Vorsteher van het slot te spre ken kan krijgen. „Setzen Sie sich, setzen Sie sich, Herr Landvermesser und sagen Sie mir Ihre Wünsche." En als K. de brief van de slotvertegenwoordiger voorgelezen heeft, antwoordt de Vorsteher: „Ich habe, Herr Landvermesser, wie Sie ja gemerkt haben, von der ganzen Sache gewusstSie sind als Landvermesser aufgenommen, wie Sie sagen; aber, leider, wir brauchen keinen Landvermesser. Es ware nicht die geringste Arbeit für ihn da. Die Grenzen unserer klei nen Wirtschaft sind abgesteckt, alles ist or- dentlich eingetragen. Besitzwechsel kommt kaum vor und kleine Grenzstreitigkeiten re- geln wir selbst." En zo werd de grafelijke landmeter afge dankt, nog voordat hij met zijn werk begon nen was. Waartegen hij zich weet te verwe ren, zoals uit de volgende hoofdstukken blijkt. Ook deze roman van Kafka is onvol tooid. De dood heeft de schrijver achter haald. Zo is het ook onze „grafelijke land meter" vergaan, die slechts voor een deel genoegdoening kreeg. Uit het „Nachwort" van de uitgever, Kafka's vriend Max Brod (die verschillende nagelaten werken uitgaf), blijkt de taaiheid van de hoofdpersoon. K„ die ergens verklaart: „Ich bleibe, bis ich das Anstellungsdekret als Landmesser be- komme Zij, die Kafka's eerder geschreven roman „Der Prozess" gelezen hebben, zullen niet zo

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1964 | | pagina 17