Hulpsymbolen van HAUSBRANDT (IV) door D. de Vries, leraar aan het Centraal Teken- en Opleidingsbureau van het Kadaster te 's-Gravenhage Achterwaartse snijding Het Romeinse cijfer achter de titel geeft aan, dat het genoemde onderwerp reeds eerder aan de orde is geweest. Men kan het voorafgaan de aantreffen in de 3e jaargang van Geodesia: (I) in aflevering 2 (februari 1961), blz. 34, (II) in aflevering 3 (maart 1961), blz. 58 en last but not least van de hand van de auctor intellectualis der hulpsymbolen, Prof. S. Haus- brandt (Warschau), zelf (III) in aflevering 9 (september 1961blz. 187. Zij die over de 3e jaargang beschikken, kun nen uit de ondertitel reeds afleiden, dat het geen hier zal volgen betrekking zal hebben op het artikel (II), waarin de berekening van een punt uit drie achterwaartse richtingen met de hulpsymbolen van Hausbrandt behandeld is. Omdat Snellius de eerste was, die de plaats van een punt uit drie achterwaartse richtingen exact heeft berekend, noemen we een punt dat uit achterwaartse richtingen wordt bepaald, ook als het aantal gemeten richtingen meer dan drie is, wel een snelliuspunt. Om nieuwe lezers, die niet de 3e jaargang van dit tijdschrift kunnen naslaan, in staat te stellen de inhoud van dit artikel te verwerken, zal de behandeling zo worden opgezet, dat een zelfstandige bestudering van het gestelde pro bleem mogelijk is. Al is het daardoor niet te vermijden dat belangrijke gedeelten worden herhaald, de afleiding zal toch in een enigszins andere vorm worden gepresenteerd. De richtingen van het onbekende punt P naar de bekende punten A, B en C hebben achter eenvolgens de waarden <pA, cpB en <pc. Aan de hand van de schets kunnen nu op eenvoudige wijze de volgende betrekkingen worden af geleid. c BD BA 100. Xd Xb= BD sin BD. BD BA cotg (ta Tb)- Xd Kb BA cos BA cotg (9oA <pb) (Ya Yb) cotg (cpA <pB). Xd KA Xd Kb -f~ Kb KA Kb Ka (Ya Yb) cotg (<pA <pB). Yd Yb BD cos BD BA sin BA cotg (<pA 95b) (Ka KB) cotg (9oA q>B). Yd Ya Yd YB YB YA Yb— Ya (Ka Kb) cotg (<pA Tb). CE CA 100. XE Kc= CE sin CE. CE CA cotg (<pc Ta). XE Kc CA cos CA cotg tc Ta) (Ya Yc) cotg (tc Ta). Ye Yc CE cos CË CA sin CA cotg (Tc Ta) (Ka Xc) cotg Tc Ta). tg DE= ^E~*D. Omdat AP DE, is y e y d tg AP cotg DE. 87

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1965 | | pagina 7