op c/a ven administraties enz. valt het niet te verwonde- deren dat ook de Dienstleiding van het Ka daster in dit opzicht diligent is. Op Schou- wen-Duiveland deed zich, doordat een zeer groot deel van het eiland in de herverkaveling viel en er dus toch een heel nieuwe admini stratie moest worden opgezet, aan de Bewa ring Zierikzee een pracht gelegenheid voor een proef te nemen met een moderne admi nistratie op kaartsysteem. De oud-Ingenieur-Verificateur van het Ka daster, de heer W. Joosten heeft een zeer groot aandeel gehad in het ontwerpen van dit systeem. Het Bestuur van V.T.A.K. was nu Opgave 25 De gegevens voor het berekenen van de ge vraagde grootten moeten worden ontleend aan twee veldwerken, waarvan het laatste de meeste informaties geeft en, wat eigenlijk veel belangrijker is, een rechte lijn DH heeft, die ons van dienst kan zijn als x-as van een coördinatenstelsel met het voetpunt O van de loodlijn uit A op DH neergelaten tot oor sprong. Laten we eerst de afstanden OD en OA uitrekenen. Daarvoor gaan we uit van driehoek DEK, waarvan de drie zijden be kend zijn. We controleren met behulp van de projectiestelling de maat bij het voetpunt 1 en de hoogte El en vinden respectievelijk 206,026 en 173,951, welke getallen we voor de verdere berekening aanhouden. Uit de evenredigheden volgende uit de gelijkvormig heid van de driehoeken DEI en DAO ver krijgen we OD 20,188 en OA 211,750. Toepassing van de projectiestelling in drie hoek CGH geeft C'H 41,960 en C'C 228,703. Om de abscis van C te bepalen moeten we eerst de afstand AC kennen, en deze moeten zo gelukkig de heer Joosten bereid te vinden op onze vergadering een voordracht te hou den over de nieuwe opzet van de kadastrale boekhouding. Met behulp van de map met voorbeelden die aan ieder der aanwezigen was uitgereikt werd het betoog met zeer veel aan dacht gevolgd. Telkens gaf de spreker ge legenheid tot het stellen van vragen, waarvan een dankbaar gebruik werd gemaakt. Omdat we hopen t.z.t. een artikel van de hand van de heer Joosten over hetzelfde onderwerp (of de lezing zelf) in Geodesia te kunnen opnemen, willen we er nu niet verder op inqaan. we afleiden uit de gegevens van het veld werk van dj.1962. We kunnen dit doen in driehoek ABC of in driehoek ABexcC, dus door respectievelijk hoek B of de lengten AB exc en BexcC te berekenen. Aan de eerste driehoek geven we de voorkeur, omdat later B getransformeerd zal moeten worden naar ons coördinatenstelsel met A en C als aanslui- tingspunten. We berekenen hoek B 193,2715 gr en AC 703,160, waarna volgt Xc -f- 702,956. De transformatie van B levert XB 370,031 en Yn 239,221. De grootten van de gevraagde percelen lui den tenslotte ABFD 81299 ca, BCFH 82690 ca. Het spreekt vanzelf dat al berekenende steeds van iedere mogelijkheid voor controle gebruik wordt gemaakt. Goede oplossingen ontvingen we van de heren H. J. A. R. Dousi, P. Groenewoud, C. M. Grootendorst, J. F. Honderdos, J. A. Kempers, J. Oberman, G. J. Rinsma, J. Strei- cher en W. Wagenveld. 124 C. A. C.B.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1965 | | pagina 20