l (p+g) tg a
tg (y—iV 0 oï tg (y—90° f)
199
z.w gevel
snijlijn Ven V2
V
snijlijn V2 en V3
snijlijn V2 en Vu
In deze figuur stelt V4 het verticale vlak
(een huismuur) voor waartegen in fig. 18 een
zonnewijzer is aangebracht. Het maakt een
hoek a (a 90°) met de richting naar het
zuiden die is aangegeven in een horizontaal
vlak V2 door een punt P van de zuidweste
lijke huishoek PR. V3, loodrecht op V4, is de
zuidwestelijke gevel van het huis. Door PR is
het verticale vlak V4 aangebracht. Het maakt
met V1 een hoek 90°u. De snijlijn MNPS
van Vo met V4 is dus west-oost gericht. Het
gedeelte NS van deze snijlijn is de onderzijde
van de wijzerplaat van een in V4 gelegen
zonnewijzer die over een afstand PN p
over de huishoek P heen steekt. De staart
van het instrument en de stijl AB zijn er
schetsmatig op aangegeven.
De richting van de uurlijnen op deze zonne
wijzer kan men berekenen met (11) nadat
men daarin voor j5 en e de waarde nul heeft
gesubstitueerd. Men krijgt dan de formule
tg y cos cp tg t
of, voor een plaats op 5° O.L.:
tg y cos (p tg (MET 10°(18)
De ó-lijnen op de staart vindt men met (15).
Daar in deze formule u 90° gaat ze over in
v /cos f. cos y
sin cp cos t cos (p tg
Loodrecht op V4 en V2 is tenslotte door N
het vlak V5 aangebracht. Het snijdt V2 vol
gens NG, V3 volgens GH en V4 volgens
ND. Het is noord-zuid gericht.
Op dit vlak zullen wij nu de wijzerplaat aan
brengen van een tweede zonnewijzer, geschikt
om er tijdens het zomerhalfjaar de uren van
de late namiddag tot zonsondergang op af
te lezen. De afstand PN p en de hoek u
bepalen de lengte NG p tg Voor p
100 mm en a 70° is NG 275 mm.
De stijl van deze zonnewijzer moet uiteraard
weer op de hemelpool zijn gericht. Ze loopt
dus evenwijdig met V5. In fig. 23 is ze in M,
op een afstand NM q van N gelegen, in
het horizontale vlak V2 bevestigd en in K in
V3. Zij maakt een hoek cp met V2. Haar
lengte is
cos cp
De richting der schaduwlijnen van deze stijl
op V5 kan men met (9), (10) en (11) be
palen. Daar a 0 is volgens (9)
tg /3 cotg cp of 90° cp.
Uit (10) blijkt vervolgens dat sin e 1 of
s 90°. Volgens (11) is dus
Hieruit volgt
y 90° cp (20)
De schaduwlijnen op V5 zijn dus alle even
wijdige rechten die een hoek 90° cp met de