227 peld. Dit brengt met zich mee, dat bij een titelonderzoek niet kan worden volstaan het kadastraal historisch onderzoek tot de kadastrale vernummeringen te beperken. Raadpleging van het kadastrale plan en de bijbehorende hulpkaarten zijn in dit boekhoudkundig systeem noodzakelijk. De computer zal dus in staat moeten zijn gesteld deze raadpleging te verrichten en de conclusies daaruit te trekken. Met an dere woorden niet slechts het bestaande kadastrale plan zal moeten worden ge codeerd, doch eveneens het minuutplan en de sedertdien plaatsgevonden wijzigin gen zullen in code dienen te worden vastgesteld. V Slotbeschouwing De Staatscommissie heeft blijkens haar ont werp Kadasterwet in artikel 2a en b, nader uitgewerkt in hfdst. I en II, zich uitgesproken voor twee soorten boekhoudingen met be trekking tot onroerende goederen n.l. een op de openbare registers en een kadastrale ad ministratie. Met het maken van dit onder scheid zou m.i. een rem worden gezet op de goede ontwikkelingsloop van het publikatie- systeem betreffende de zakelijke rechtstoe standen van onroerende goederen. We zien immers, dat de verwerking van de zakenrechtelijke gegevens in de kadastrale legger in de loop der jaren grotendeels op de openbare registers is komen te berusten. Deze ontwikkeling is begonnen toen de bewarin gen van het kadaster bij de bewaringen van de hypotheken werden ondergebracht. Beide boekhoudingen kregen daarmee een éénhoof dige juridische leiding. Bij de bijhouding van de kadastrale boekhouding had de bewaarder de zorg, dat de kadastrale boekhouding ver der in overeenstemming met de openbare re gisters zou zijn. Nadat de voornaamste klap per n.l. het algemeen register van de hypo thecaire boekhouding sedert 1929 niet meer behoefde te worden bijgehouden en de aan- komsttitels in het vervolg in de kadastrale legger behoorden te worden aangetekend, werd de kadastrale legger tevens een over- zichtsregister en een klapper voor wat betreft de overgeschreven stukken in de openbare registers. De kadastrale legger onderscheidde zich nog wel in één opzicht van een zuivere klapper op de openbare registers namelijk in die zin, dat deze nog steeds ook zakenrechte lijke gegevens buiten de openbare registers om verwerkte. De belangrijkste gegevens daarvan betroffen die verkregen uit de suc cessiememories. Van de andere kant werd in de openbare registers steeds meer gepubli ceerd dan strikt genomen volgens het privaat recht noodzakelijk was. Als voorbeelden kun nen worden genoemd: plaatsgevonden ver ervingen, boedelscheidingen, legaten, beroe pen op verjaring, naamswijzigingen. Is het administratief uitgangspunt tussen beide boekhoudingen thans zeer sterk vervaagd, geen praktisch verschil van betekenis zal er straks tussen beiden meer bestaan en naar ik meen ook niet meer mogen bestaan, indien het ontwerp Burgerlijk Wetboek met zijn bepa lingen over de openbare registers in boek 3 titel 1 afdeling 2 van kracht wordt. Immers in verband met artikel 7 van genoemde afde ling luidende: Niemand kan een feit, dat hij in de openbare registers had kunnen doen in schrijven, maar dat niet ingeschreven is, tegenwerpen aan derden die daarvan onkun dig zijn, en die het feit ook niet uit andere bij de wet ingestelde openbare registers of uit wettelijk voorgeschreven openbare bekend makingen hadden kunnen kennen" zullen be langhebbenden het publiceren van al hetgeen, dat zakenrechtelijk van belang kan worden geacht, niet meer nalaten. Na de invoering van een dergelijke breedomvattende wette lijke regeling laat de ongewenstheid van het opnemen van zakenrechtelijke gegevens bui ten de openbare registers om voor zichzelf spreken. Een consequentie nog wel zo voor de hand liggend, wanneer men de door de Staatscommissie voorgestane gedachte, dat de administratie op de hypotheekkantoren bij het Nederlandse negatieve stelsel moet zijn aan gesloten en naar automatie van die admi nistratie moet worden gestreefd, wil volgen. Bovendien een belangrijke voorwaarde voor automatie, namelijk het aanwezig zijn van een logische structuur van de wijze, waarop ge gevens kunnen worden verwerkt en verstrekt, zal zich dan duidelijker openbaren, te weten door het aanwezig zijn van één brievenbus (prof. Baarda) voor de gehele administratie. Ook uit het oogpunt van betrouwbaarheid en ter vermijding van tegenstrijdigheid in twee verschillende boekhoudingen is een volledige integratie van de kadastrale legger in de boekhouding op de openbare registers nood zakelijk te noemen. De toegenomen betrouw baarheid van de huidige kadastrale legger met betrekking tot de vermelding van de bestaan de zakenrechtelijke betrekkingen valt toe te schrijven aan de juridische zeef, die de boe kingen in dit register eerst moeten passeren.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1965 | | pagina 15