231 werd het Kadaster grafisch bijgehouden met als gevolg een groot aantal vele malen ge redresseerde plans. Er zijn perioden geweest waarin de bijhouding vrijwel uitsluitend ge schiedde door tussenmeten, gevolgd door perioden waarin men daarentegen ver ging doormeten. Het kadastrale kaartenbestand vertoont thans grote verschillen in intrin sieke waarde, wat een gedifferentieerde me thode van bijhouden met zich brengt. De waarde van hermeten plans zal men in het algemeen op peil trachten te houden door de bijhoudingsmetingen aan te sluiten aan het bestaande net van vaste punten. Welke is nu de meest geschikte methode van bijhouden van de langs fotogrammetrische weg verkregen nieuwe plans? Is de beste me thode de fotogrammetrische, zoals deze bij wijze van proef enkele jaren geleden werd geïntroduceerd aan een tweetal bureaus van de landmeetkundige dienst van het Kadaster in het zuiden van het land? Mochten de re sultaten van deze proef aan de verwachtin gen voldoen, dan openen zich wijde perspec tieven voor een snelle bijhouding van gebie den met veel terreinsveranderingen zoals bij voorbeeld de Europoort. Voorts rijst de vraag, wensen we een Kadaster dat grafisch is of numeriek of wellicht een combinatie van beide? En wordt er eenmalig dan wel perio diek hermeten? Het zijn vragen, die alle ge bracht kunnen worden onder de noemer van het financieel mogelijke. Wanneer er een wisselwerking tot stand komt tussen de land meetkundige dienst en de fotogrammetrische dienst op de voet van de hierboven geschets te analyse, kan een verantwoord eindprodukt verwacht worden, en kan bovendien bereikt worden, dat straks de bijhouding volgens een bij een bepaald gebied passend patroon op economische wijze kan geschieden. Optische afstandmeting De snel evoluerende maatschappij vraagt om mechanisatie. Daar de voerstraalmethode zich meer leent voor mechanisatie dan de ge bruikelijke meetlijnenmethode, is het gevolg dat de tachymeter steeds meer in de belang stelling komt. Op het congres van het N.G.L., gehouden in 1963, werd door verschillende sprekers de meetmethode van de indirecte afstandmeting belicht. Dit jaar werden door de dienst van het Kadaster een tweetal her metingen door middel van de voerstraal methode uitgevoerd, met de bedoeling de re sultaten mechanisch uit te werken. Eén proef object is zowel hermeten met de gebruikelijke meetlijnenmethode als met dubbelbeeldtachy- metrie, zodat de resultaten van beide meet methoden kunnen worden vergeleken. Het is uiteraard van groot belang op welke wijze straks de bijhouding zal moeten geschieden van de door middel van de tachymeter ver kregen kaart. Met grote belangstelling zien we het rapport over de uitkomsten van dit onderzoek tegemoet. Ruilverkavelingen Ruilverkaveling is een ander voorbeeld, dat de regelmaat van de bijhoudingswerkzaam- hedenvan de landmeetkundige dienst van het Kadaster wordt onderbroken. Door ruilverkaveling ontstaat binnen het blok een geheel nieuw model van rechtsgrenzen, waarbij alle vöör de ruilverkaveling bestaan de kadastrale grenzen verdwijnen. Dit model van rechtsgrenzen komt voort uit de nieuwe kavelindeling. Aan de totstandko ming hiervan werkt de landmeter-deskundige intensief mede. Daar hier te lande krachtens de wet de landmeter-deskundige een land meter van het kadaster moet zijn, vindt ook de kadastrale toepassing onder zijn leiding plaats. Zijn taak beperkt zich, geografisch ge zien, tot het blok van ruilverkaveling en ein digt na de volledige uitvoering van de ruil verkaveling. De bijhouding komt dan weer geheel onder de verantwoordelijkheid van de districtsingenieur te vallen. Met het oog op eventuele vernieuwing en de gewenste ge lijkheid van meetkundige opzet zijn voor de districtsingenieur echter de aan de blokgrens aansluitende gebieden en de niet in het ruil- verkavelingsblok opgenomen (dorps) en claves eveneens van belang. De districts ingenieur is dus geïnteresseerd in de meet- opzet van het blok en in de resultaten als kaart, kaartschaal, grondslag en verdere ge gevens. Samenwerking tussen de landmeter- deskundige en de districtsingenieur is dus reeds vanaf het begin noodzakelijk. In overleg zullen moeten worden vastgesteld, de schaal van de 'toekomstige kadastrale kaart en de voor het blok vereiste kadastrale nauwkeurigheid van de kaart en de meting, voorts de dichtheid van het net van hoofd punten en de aard van de verzekering, als mede de bepaling van de gehele meetopzet, passend in het gebied waarbinnen het ruil- verkavelingsblok is gelegen, waarbij gelet dient 'te worden op eventuele vernieuwing van de langs het ruilverkavelingsblok ge-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1965 | | pagina 19