gas
buispost
riolering
stoom
telefoon
water
22
combinaties 1 -f- 3 („harde" topografische
kaart), 1 -f- 4 (basis voor speciale kaarten),
of, indien nodig, zelfs 1 alleen kan gebruiken.
Van de hier genoemde combinaties geven de
figuren 5 t/m 7 een illustratie.
De hiervoor opgezette indeling dient niet als
absoluut te worden beschouwd. Men kan zich
andere combinaties denken. Wel dient men
zich er rekenschap van te geven dat de basis
foelie zo elementair mogelijk is.
Wat het formaat van de bladen betreft is het
volgende op te merken. Voor de lengte
breedte verhouding van begrensde vlakken
wordt algemeen de verhouding 1 y2 ge
bruikt. Het verdient aanbeveling deze ver
houding ook voor gemeentelijke- en kadas
trale kaarten aan te houden. Om gemakkelijk
met deze kaarten te kunnen werken men
heeft dan o.a. in breedterichting nog een goed
visueel overzicht is het gewenst de kaart
niet breder te maken dan 5060 cm; de
lengte is minder gebonden. Gelet op deze
cijfers verdient het aanbeveling het formaat
Al 59,4 cm X 84,1 cm vermeld op een
der normaalbladen van het Nederlands Nor
malisatie Instituut, te gebruiken.
6.4 Speciale kaarten
Uitgaande van een of meer tekenfoelies kan
men nu, indien dit nodig is en gewenst wordt,
speciale kaarten maken. Wij zullen hier be
spreken de leidingenkaart, de wegenkaart en
de gebouwenkaart.
6.4.1 De leidingenkaart
Voor de leidingenkaart verdient het aanbeve
ling om als basis een combinatie van de foe
lies 1, 4 en 5 te gebruiken. De leidingen zelf
geeft men aan door middel van een regel
matig onderbroken lijn, waarbij men elke lei
dingsoort een eigen onderbrekingspatroon
kan geven. De volgende combinaties verdie
nen de voorkeur:
elektriciteit
Men krijgt nu bijvoorbeeld
Hierbij vermeldt men in de cirkel deze be
doelt de vorm, gezien in doorsnee, van de
leiding weer te geven en kan daarom ook ei
vormig, rechthoekig of vierkant zijn de
soort leiding, daarbij gebruik makend van de
afkortingen:
e elektriciteitsleiding
g gasleiding
p buispostleiding
r riolering
s stoomleiding
t telefoonleiding
w waterleiding.
De plaats van de cirkel kan worden bepaald
door de plaats van de leidingverklikkers.
Links onder de cirkel kan men met behulp van
een cijfercode de eigenaar of onderhouds
plichtige aangeven, rechts boven de verticale
afstand tot het maaiveld:
0.85-
3
Voor elke soort leiding kan men een werk
kaart maken waarop afsluiters, schakelkasten
en dergelijke onderdelen worden aangegeven.
Ter vergroting van de leesbaarheid kan men
de leidingen nog naar soort een kleur geven.
Om de in de grond aanwezige leidingen naar
ligging, diepte onder de grondoppervlakte en
vorm te kunnen opnemen, kan men gebruik
maken van m.b.v. de fotogrammetrie vervaar
digde fotokaarten men moet deze metingen
altijd nog aanvullen met terrestrische de
terrestrische meetmethoden, en in sommige
gevallen van meting van het magnetisch veld
dat ontstaat doordat men door de leiding een
wisselstroom laat gaan. Van de leidingen
kaart geeft fig. 8 fig. 1 diende als basis
een enigszins verkleind voorbeeld.* De hier
gegeven voorstelling van de leidingen berust
louter op fantasie.
6.4.2 De wegenkaart
Met als ondergrond de tekenfoelies 1 en 4
kan men op de wegenkaart de wegverharding,
het gebruik en de breedte van de rijstroken
aangeven. Voor het vermelden van de soort
verharding noemt het normblad NEN 3256
een aantal figuraties; in Duitsland daaren
tegen geeft men de grenzen tussen verschil
lende verhardingen weer, en de soort verhar
ding door middel van afkortingen.
Omdat het zeer moeilijk is een beschikbare tekening
precies vijf maal te vergroten, wordt in fig. 8 niet de
schaal vermeld, maar bevat deze een schaalstok.